Milieubescherming
Pak het apparaat uit en voer de verpakking op een
milieuvriendelijke manier af.
Milieuvriendelijke afvalverwerking
Dit apparaat voldoet aan de eisen van de
Europese richtlijn 2002/96EG betreffende
afgedankte elektrische en elektronische
apparatuur (WEEE – waste electrical and
electronic equipment). Deze richtlijn bevat de in de
EU geldende bepalingen betreffende terugname
en verwerking van afgedankte apparatuur.
Tips om energie te besparen
Sluit pannen altijd af met een passend deksel. Wanneer u
■
zonder deksel kookt, heeft u vier maal meer energie nodig.
Het apparaat leren kennen
Deze gebruiksaanwijzing geldt voor verschillende kookplaten.
Op pagina 2 vindt u een typenoverzicht met informatie over
afmetingen.
Das Bedienfeld
%HGLHQLQJVYODN YRRU
%HGLHQLQJVYODN YRRU
Bedieningsvlakken
Wanneer u een symbool aanraakt, wordt de betreffende functie
geactiveerd.
De kookzones
Kookzone
$ Kookzone met één ring
ð Kookzone met twee ringen
æ Braadzone
Braadzone
ç
Inschakelen van de kookzone: de betreffende indicatie is verlicht.
Inschakelen van de kookzone: de grootte die het laatst is ingesteld, wordt automatisch gekozen
EUDDG]RQH
NLQGHUVORW
B
B
%HGLHQLQJVYODN YRRU
UHJHOLQJ NRRNVWDQG
KRRIGVFKDNHODDU
In- en uitschakelen
Het symbool ð aanraken
Het symbool æ aanraken
Het symbool ç aanraken.
Gebruik pannen met egale bodems. Niet-egale bodems
■
verhogen het energieverbruik.
De diameter van de bodem van de pan dient overeen te
■
komen met de grootte van de kookzone. Vooral te kleine
pannen op de kookzone leiden tot energieverlies. Let op: de
fabrikanten geven vaak de diameter van de bovenkant van
de pan aan. Deze is meestal groter dan de diameter van de
bodem.
Gebruik voor kleine hoeveelheden een kleine pan. Een grote,
■
slechts weinig gevulde pan heeft veel energie nodig.
Kook met weinig water. Dit bespaart energie. Bij groente
■
blijven vitamines en mineralen behouden.
Schakel tijdig terug naar een lagere kookstand.
■
Maak gebruik van de restwarmte van de kookplaat. Schakel
■
bij langere bereidingstijden al 5-10 minuten voor het einde
van de bereidingstijd de kookzone uit.
,QGLFDWLHV YRRU
NRRNVWDQG³É
UHVWZDUPWH ¤
JHUHHGKHLG YRRU EHGULMI
B
Aanwijzingen
De instellingen blijven onveranderd wanneer u meerdere
■
velden tegelijk aanraakt. U kunt dan overgekookt eten in het
instelbereik wegvegen.
Houd de bedieningsvlakken altijd droog. Vocht heeft een
■
nadelige invloed op de werking.
B
%HGLHQLQJVYODN YRRU
Í NRRN]RQH PHW WZHH ULQJHQ
o EUDDG]RQH
© HOHNWURQLVFKH
29