6.5 Instellingen van de maairobot
Instelling van de maaitijd
1. Ontgrendel het bedieningsveld (2).
2. Kies door de toets voor de instelling van de
maaitijd in te drukken de gewenste maaitijd:
2.1 Door de toets kort in te drukken maait de
robot dagelijks. De bijhorende melding volgt
door constant branden van de tijd-LEDs.
2.2 Door de toets lang in te drukken maait de ro-
bot elke tweede dag. De bijhorende melding
volgt door knipperen van de tijd-LEDs.
3. Deze wordt weergegeven door de tijd-LEDs
(50).
4. Bevestig de instelling door te drukken op de
toets 'OK' (63).
De tijd waarvoor de wijzigingen werden uitgevo-
erd, is nu de dagelijkse starttijd. Het weergegeven
aantal uren is de dagelijkse werktijd.
Voor de instelling van de maaitijd wordt als richt-
waarde 8 uur per dag bij 500 m² aanbevolen. Al
naargelang de grootte en complexiteit van de tuin
moet de gekozen werktijd worden aangepast.
Dagelijkse starttijd terugzetten
Om de dagelijkse starttijd terug te zetten drukt u
de toets 'OK' (63) en de toets '6H' (60) gelijktijdig
gedurende 3 seconden in. De tijd waarvoor de
wijzigingen werden uitgevoerd, is nu de dageli-
jkse starttijd. Het weergegeven aantal uren is de
dagelijkse werktijd.
Starten
1. Ontgrendel het bedieningsveld (2).
2. Via de toets 'START' (64) kunt u het vlak se-
lecteren waarbinnen de maaier moet werken.
Meer informatie over de beide vlakken vindt
u in het hoofdstuk 'Inbedrijfstelling' onder het
punt 'Begrenzingsdraad'.
2.1 Door kort te drukken op de toets 'START' (64)
werkt uw maairobot in het hoofdvlak. Daarbij
brandt de status-LED (52) constant groen.
2.2 Door lang te drukken op de toets 'START' (64)
werkt uw maairobot in het nevenvlak. Daarbij
knippert de status-LED (52) groen.
3. Sluit de afdekking van het display (25).
De maairobot werkt nu overeenkomstig de instel-
ling van de maaitijd. Tijdens de werktijd wordt de
laadtoestand van de accu bewaakt en weergege-
ven via de accu-LED (54). Zodra de laadtoestand
daalt tot 30%, keert de maairobot automatisch
terug naar het laadstation.
Anl_FREELEXO_Basic_SPK2.indb 82
Anl_FREELEXO_Basic_SPK2.indb 82
NL
Afbreken van het maaien
1. Druk op de STOP-toets (3) om de maairobot
meteen te stoppen.
2. Open de afdekking van het display (25) volle-
dig.
3. Ontgrendel het bedieningsveld (2).
4. Druk op de toets 'HOME' (61) om de maairo-
bot langs de begrenzingsdraad (18) terug te
sturen naar het laadstation (19).
5. Sluit de afdekking van het display (25).
7. Reiniging, onderhoud en
bestelling van onderdelen
Gevaar!
Vóór alle reinigings- en onderhoudswerkzaam-
heden moet het apparaat spanningsvrij worden
geschakeld, waarvoor u de netstekker uit de
contactdoos moet trekken en het apparaat via de
hoofdschakelaar (7) uitschakelt (OFF) (afbeelding
8). Neem bovendien de accu (22) uit de maairo-
bot.
Voorzichtig! Werkhandschoenen dragen!
7.1 Reiniging
•
Houd de veiligheidsinrichtingen, de ventila-
tiespleten en het motorhuis zo veel mogelijk
vrij van stof en vuil. Wrijf het apparaat met een
schone doek af of blaas het met perslucht bij
lage druk schoon.
•
De maairobot mag niet met stromend water,
vooral niet onder hoge druk, worden gerei-
nigd.
•
Reinig het apparaat regelmatig met een voch-
tige doek en wat smeerzeep. Gebruik geen
reinigings- of oplosmiddelen, omdat deze de
kunststof delen van het apparaat zouden kun-
nen aantasten. Zorg ervoor dat geen water
binnenin het apparaat terecht kan komen.
•
Maak de maairobot indien mogelijk schoon
met een borstel of doek.
•
Controleer de beweeglijkheid van de klingen
(10) en van de messenschijf (11)
•
Gebruik voor de reiniging van de laadcontac-
ten aan de maairobot (1) en het laadstation
(19) reinigingsmiddel voor metaal of zeer fijn
schuurpapier. Maak deze schoon om een
efficiënt laadproces te garanderen.
7.2 Onderhoud
•
Versleten of beschadigde klingen (10) en
bevestigingsschroeven moeten altijd per set
worden vervangen.
- 82 -
16.12.2020 13:39:08
16.12.2020 13:39:08