4. INSTALLATIE
Opm.:
Als u het product vóór de installatie ervan wilt testen, zorg er dan voor dat de buitenpost en de monitor
zich hierbij niet in hetzelfde vertrek bevinden, anders kan de videofoon een schelle fluittoon afgeven (Larsen-effect)
a. Installatie van de buitenpost
1. Verwijder de schroef onder de buitenpost
2. Kantel de buitenpost naar voren
3. De lens van de buitenpost moet op een hoogte van ongeveer 1,60 m geplaatst worden.
4. Breng een siliconen afdichting aan tussen de kap en de muur om te vermijden dat er regenwater tussen sijpelt.
*Gebruik geen silicone op basis van azijnzuur (azijngeur).
5. Bevestig de regenkap goed met behulp van de schroeven.
6. Sluit de draden aan volgens het draadschema (afb. 6).
7. Klik de buitenpost vast op de regenkap.
8. Breng de bevestigingsschroef opnieuw aan.
Belangrijk:
De camera niet rechtstreeks blootstellen aan de zon of aan een weerspiegelende oppervlakte.
Tip:
we raden aan om de kabels door een beschermkoker te voeren om ze te beschermen tegen schokken en
slechte weersomstandigheden.
b. Installatie van de monitor (
1. Bevestig de montagebeugel (2) zodanig dat het scherm van de monitor zich op een hoogte bevindt van onge-
veer 1,60 m.
2. Bevestig de twee kabels van de buitenpost en de twee voedingskabels (hfdst. 5.a) volgens het bekabelings-
schema (afb. 6 voor een basisinstallatie).
3. Plaats de monitor op de montagebeugel.
4. Sluit de voeding van 230 V~ pas aan op de modulaire adapter nadat de buitenpost werd aangesloten (op een
installatie conform de geldende voorschriften, NFC 15-100 voor Frankrijk)
Let op de polariteit van de voeding.
c. Installatie van de extra camera (optioneel)
• Sluit de draden aan volgens het draadschema (afb. 6).
• Kies een geschikte plaats om de camera te installeren.
• Zorg ervoor dat er geen hinderende elementen zijn.
• Bevestig de montagebeugel met de bijgeleverde schroeven
• Draai de camera vast op de beugel
• Zet de camera in de gewenste richting en maak de laterale bevestigingsschroef vast.
• Sluit de camera aan op het videofoonsysteem
5. BEKABELING
Plaats de kabel van uw videofoon niet in dezelfde buis als de stroomkabels, zo vermijdt u het risico op storingen
en slecht functioneren.
Opgelet:
Verdubbel in geen geval de draden om de spanning te verhogen.
a. Aansluiting van de videofoon
Te gebruiken draden:
1. Sluit de draden goed aan volgens het draadschema (afb 6).
2. Om de camera aan te sluiten zijn slechts 2 kabels nodig voor alle functies: bellen, videobeelden, intercom en de
bedieningen voor het openen (slotplaat en automatisch openen).
(afb. 5)
afb. 4)
(afb. 6)
• 2 draden + 6 x 10 /10de tot 25 m
2
• 2 draden van 1,5 mm
CFI EXTEL LEVO - 10/2015
van 25 tot 100 m
NL3