Aansluitschema
Controleer de hulpvoedingsaansluiting van uw auto
en maak de juiste kabelaansluitingen afhankelijk
van de auto.
Hulpvoedingsaansluiting
Normale aansluiting
Rood
Geel
12
continue voeding
15
geschakelde voeding
Wanneer de posities van de rode en gele
kabels zijn omgekeerd
Rood
Geel
12
geschakelde voeding
15
continue voeding
Wanneer de auto geen ACC-stand heeft
Rood
Geel
Nadat u de juiste aansluitingen hebt gemaakt en de
voedingskabels correct hebt geschakeld, sluit u het
toestel aan op de voeding van de auto. Als u vragen
of problemen hebt in verband met het aansluiten
van uw toestel die niet in deze handleiding worden
behandeld, neem dan contact op met uw
autohandelaar.
14
NL
Rood
Geel
Geel
Rood
Rood
Geel
Geel
Rood
Rood
Geel
De microfoon installeren
Als u uw stem wilt opnemen tijdens het handenvrij
bellen, moet u de microfoon installeren.
Clip (niet bijgeleverd)
Waarschuwingen
• Als de kabel rond de stuurkolom of
versnellingspook gewikkeld raakt, kan dit tot zeer
gevaarlijke situaties leiden. Let erop dat deze
kabel en andere onderdelen de bestuurder niet
hinderen tijdens het rijden.
• Als uw auto uitgerust is met airbags of andere
schokabsorberende apparatuur, neem dan voor u
het toestel installeert contact op met de winkel
waar u dit toestel hebt gekocht of met de
autohandelaar.
Opmerkingen
• Als u het toestel op het dashboard wilt monteren,
verwijder dan eerst voorzichtig de zonneklepklem van de
microfoon en maak daarna de steun voor vlakke
montage vast aan de microfoon .
• Reinig het oppervlak van het dashboard met een droge
doek voordat u de dubbelzijdige tape bevestigt.
De bekabelde afstandsbediening
gebruiken
1
Als u de bekabelde afstandsbediening wilt
inschakelen, stelt u [Steering Control] bij
[General] in op [Preset].