De functie inschakelen: raak
timer aan.
gaat aan. Als het lampje
van de kookzone langzaam knippert,
wordt de tijd opgeteld. De display
schakelt tussen
en getelde tijd
(minuten).
Om in de gaten te houden hoelang de
kookzone werkt: selecteer de kookzone
met
. Het indicatielampje van de
kookzone gaat sneller knipperen. De
display geeft aan hoe lang de zone
werkt.
De functie uitschakelen: stel de
kookzone in met
aan. Het indicatielampje van de
kookzone gaat uit.
Kookwekker
U kunt deze functie gebruiken als
kookwekker terwijl de kookplaat is
ingeschakeld en de kookzones niet
werken. De warmtestand op het display
toont
.
De functie inschakelen: Raak
Raak
of
van de timer aan om de
tijd in te stellen. Als de tijd verstreken is,
klinkt er een geluidssignaal en knippert
00.
Het geluidssignaal stopzetten: Raak
aan.
De functie heeft geen
invloed op de werking van
de kookzones.
5.9 Pauze
Deze functie stelt alle kookzones die in
werking zijn in op de laagste kookstand.
Als de functie in werking is, zijn alle
andere symbolen op de
bedieningspanelen vergrendeld.
Als de functie actief is, kunnen de
symbolen
en
worden gebruikt. De
functie stopt de timerfuncties niet:
.
Raak
aan om de functie in te
schakelen.
van de
en raak
of
aan.
en
gaat aan.De warmte-instelling wordt
verlaagd naar 1.
Voor het uitschakelen van de functie
raakt u
aan. De voorgaande warmte-
instelling gaat aan.
5.10 Blokkering
U kunt het bedieningspaneel
vergrendelen terwijl de kookzones in
werking zijn. Hiermee wordt voorkomen
dat de kookstand per ongeluk wordt
veranderd.
Stel eerst de kookstand in.
Om de functie in te schakelen: raak
aan.
gaat gedurende 4 seconden
aan.De timer blijft aan.
Om de functie uit te schakelen: raak
aan. De vorige kookstand gaat aan.
Als u de kookplaat uitzet,
stopt u deze functie ook.
5.11 Kinderbeveiliging van de
kookplaat
Deze functie voorkomt dat de kookplaat
onbedoeld wordt gebruikt.
Om de functie in te schakelen: schakel
de kookplaat in met
kookstand in. Raak
gaat aan. Schakel de kookplaat uit
met
.
Om de functie uit te schakelen: schakel
de kookplaat in met
kookstand in. Raak
gaat aan. Schakel de kookplaat uit
met
.
De functie gedurende één kooksessie
onderdrukken: zet de kookplaat aan
met
.
gaat aan. Raak
aan. Stel de kookstand in binnen 10
seconden. U kunt de kookplaat
bedienen. Als u de kookplaat uitschakelt
met
, treedt de functie weer in
werking.
NEDERLANDS
13
. Stel geen
4 seconden aan.
. Stel geen
4 seconden aan.
4 seconden