Batterijlader Sharp 20
Bedieningsinstructies
Lees deze bedieningsinstructies aandachtig door voor u begint met
het gebruik maken van de batterijlader. Sla de bedieningsinstructies
ergens op zodat ze altijd beschikbaar zijn voor de persoon die de
batterijlader gebruikt.
Algemeen
Sharp 20 zijn gereguleerde batterijladers. Sharp bestaat in verschillende
uitvoeringen voor het laden van vrij geventileerde batterijen of klep geregelde
lood/zuur batterijen. Zij kunnen ook voorzien worden met ladingscurve voor Ni-Cd of
gelijkaardige batterijen.
De batterijlader is voorzien van een vooraf ingestelde ladingscurve, aangepast aan
het type batterij gespecificeerd gedurende de bestelling. Informatie betreffende de
vooraf ingestelde ladingscurve kan gevonden worden op de buitenkant van de batterijla-
der.
De ingebouwde microprocessor controleert stroom en spanning gedurende het ladings-
proces. Het ladingsproces wordt vertoond met een LED op het paneel van de batterijlad-
er. De duur van laden en de temperatuur in de batterijlader worden gecontroleerd en het
laden wordt beperkt indien er defecten aan de cellen zijn of als er niet voeldoende koel-
ing aanwezig is, etc.
Gedurende het hele ladingsproces, verzamelt de batterijlader data en voert berekenin-
gen uit om de batterij volledig opnieuw te laden in verband met hoe leeg de batterij was,
temperatuur, ouderdom en meer. De batterijlader wordt gekoeld door middel van een
temperatuur gecontroleerde ventilator.
Veiligheid
De batterijlader is alleen voor gebuik binnen.
Volg de instructies op voor het behandelen van batterijen die verstrekt zijn door de bat-
terij fabrikant.
Gebruik alleen reserve onderdelen die aanbevolen worden door de leverancier.
De batterijlader mag alleen gebruikt worden voor de gespecificeerde batterijen. De
batterijlader is voorzien van een vooraf ingestelde ladingscurve, aangepast aan het
type batterij gespecificeerd gedurende de bestelling. Wanneer u het type batterij
veranderd, zou u contact moeten opnemen met uw leverancier betreffende
mogelijke herprogrammering van de batterijlader.
De batterij zal beschadigd worden als de instelling van de batterijlader verkeerd is.
Ontkoppel de batterij en stroom toevoer alvorens onderhoud uit te voeren, of the
batterijlader te reinigen.
De batterijlader mag alleen aangesloten worden op een stekker met aardleiding.
WAARSCHUWING!
33