Publicité
Les langues disponibles
Les langues disponibles
Abnormale variatie in het olieniveau
• Condensatie in het oliecarter : het oliecarter leegmaken en de compressor op een
droge en goede verluchte plaats zetten.
• Overdreven verbruik: te veel olie.
Geen regeling van de druk bij de luchtuitgang
• Het interne membraan van de drukregelaar is beschadigd en is aan vervanging
toe. (zie fig. 5)
Lek in het veiligheidsventiel
• Slechte afstelling van de pressostaat/drukschakelaar. De manometers controleren
en de drukschakelaar opnieuw laten afstellen door een specialist.
• Slechte afstelling of beschadiging van het veiligheidsventiel: vervangen van het veiligheidsventiel.
Lucht ontsnapt ter hoogte van het ontluchtingsventiel van de pressostat/drukschakelaar
• Het ventiel is defect en moet worden vervangen.
• De terugslagklep blokkeert door een onzuiverheid: de klep open maken en het membraan reinigen, de beschadigde
onderdelen of de volledige klep vervangen.
De druk in de ketel daalt
• De ketel controleren op lekken, in het bijzonder ter hoogte van de koppelingen, verbindingstukken en lasnaden. Zelf
nooit (herstellings)werkzaamheden uitvoeren aan de tank uitvoeren (niet in boren, aan lassen, etc.). De tank zou immers
kunnen scheuren of ontploffen. Bij defect aan de ketel, ALTIJD de tank eerst vervangen voor u de compressor verder
gebruikt!
• Lek ter hoogte van de koppelingen.
• De druk tot zijn max. laten stijgen, van het elektriciteitsnetwerk afkoppelen et zeepwater aanbrengen op alle koppelin-
gen en verbindingstukken. Het lek zal zich manifesteren door de vorming van luchtbelletjes. De koppelingen of verbin-
dingstukken goed vastschroeven ter hoogte van het lek. Indien u het lek niet gedicht krijgt, uw verdeler contacteren.
De compressor valt stil en start niet terug op
• De thermische veiligheid van de motor treedt in werking.
• De compressor van de stroom loskoppelen en de thermische beveiliging desactiveren door op de knop te duwen.
• Motorwikkeling verbrand. Uw verdeler contacteren of de motor laten herwikkelen door een specialist.
De compressor valt niet stil wanneer de max. druk wordt bereikt en de gaat veiligheidsklep treedt in werking
• De pressostat/drukschakelaar werkt niet correct of is defect. Uw verdeler contacteren.
De compressor komt niet op druk en wordt abnormaal warm.
• Koppakking defect of slechte werking klep. De compressor uitschakelen en een bevoegd persoon contacteren.
Te veel condensaat in de afgegeven lucht
• De ketel voor elk gebruik purgeren.
• Vochtige omstandigheden kunnen zorgen voor een overdereven vorming van condensaat. Daarom raden wij aan om
een filter te gebruiken op uw persluchtnetwerk.
• De vorming van condensaat is overigens niet het resultaat van een slechte werking van uw compressor. U moet er wel
voor zorgen dat het door uw compressor afgegeven luchtdebiet groter is dan het vereiste luchtdebiet van uw perslucht-
toebehoren.
Nederlands
fig.5
Pag. 9
Publicité
