Hozelock 2490 Mode D'emploi page 14

NL
MONTEREN EN
INSTALLEREN VAN DE
SLANGAUTOMAAT
BENODIGDE GEREEDSCHAPPEN:
Platte schroevendraaier
Kruiskop schroevendraaier
Rolmaat
Steenboor Ø7 mm
Boormachine
BEVESTIGEN VAN DE
AANSLUITSLANG
Fig 1.
A. Aan één kant van de haspel is de
zijplaat reeds verwijderd. Leg de
haspel op een zachte
ondergrond, met de open kant
naar boven.
B. De inwendige slangaansluiting is
met twee schroeven bevestigd.
Draai deze los.
C. Plaats de 2 meter aanvoerslang
door de opening van de
buitenkant naar de binnenkant
van haspel.
Draai moer van het
slangaansluitstuk en plaats deze
over de slang heen. Druk de slang
in de tanden van de kleine haak
en draai vervolgens de moer weer
op het slangaansluitstuk vast.
Schroef nu het geheel weer vast
op zijn plaats.
D. Plaats de zijplaat terug op de
haspel en bevestig het slangstuk
aan het andere uiteinde van de
toevoerslang.
Als de meegeleverde aansluitslang
te kort is om de haspel op de kraan
te kunnen aansluiten, dat kunt u
deze vervangen door een goede
kwaliteit 13 mm (1/2 ") slang.
KIES DE JUISTE PLAATS VOOR
HET INSTALLEREN VAN UW
HASPEL
Fig 2.
De haspel is ontworpen voor
buitengebruik en is niet geschikt
om aan te sluiten op binnenkranen.
De haspel moet vrij zijn om 180º te
kunnen draaien. Zorg ervoor dat
aan bijde kanten van de
meurbeugel 50cm ruimte vrij is.
Als u de haspel wilt plaatsen op de
hoek van een muur, bevestig deze
dan op minstens 1 meter van de
hoek. Gebruik, als de slang om een
hoek moet worden uitgetrokken,
een slanggeleider art.nr. 2392 (niet
meegeleverd)
14
BEVESTIGEN VAN DE
MUURBEUGEL
Fig 3.
Belangrijk: Zorg dat de beugel
verticaal bevestigd wordt.
Gebruik de vier meegeleverde
pluggen en schroeven. De
meegeleverde pluggen en
schroeven zijn alleen geschikt voor
gebruik op een achterwand van
steen, beton of hout. Als u de
haspel op een andere ondergrond
wilt bevestigen, moet u gebruik
maken van schroeven en pluggen,
die voor dat materiaal geschikt zijn!
INSTALLEREN VAN DE HASPEL
Fig 4.
1. Breng de achterkant van de
haspel op één lijn met de
muurbeugel.
2. Steek de draai-as van bovenaf
door de haspel en de muurbeugel.
3. Bevestig het kraanstuk op de
kraan en sluit de aanvoerslang
hierop aan.
4. Bevestig de tuinspuit 2292 aan het
einde van de sproeislang.
Controleer of het systeem 180º kan
draaien. Draai de kraan open en
laat water door het systeem lopen
alvorens u de haspel voor de eerste
keer gebruikt. Controleer het
systeem op lekkage en draai
eventuele lekkende onderdelen
nogmaals vast.
Het is mogelijk een hangslot (niet
meegeleverd) te plaatsen om de
haspel tegen diefstal te beschermen
(Fig.4A).
Fig 4B.
Bovenop de as zit een aansluitpunt
voor het opbergen van de
aanvoerslang als deze niet gebruikt
wordt. Onderaan de beugel is een
ophangmogelijkheid voor diverse
sproeistukken.
GEBRUIK VAN HET
VEILIGHEIDSSLOT
Fig 5.
Het veiligheidsslot kan in werking
worden gesteld door de handel aan
de zijkant van de haspel te
gebruiken.
Het veiligheidsslot heeft twee
functies:
1. Voorkomen dat de slang wordt
uitgetrokken als deze volledig
opgerold is.
2. Voorkomen dat de slang
plotseling oprolt terwijl de haspel
in gebruik is.
Om het veiligheidsslot in te
schakelen zet u de handel op het
symbool. Om te ontkoppelen draait
u de handel zodat deze naar het
symbool wijst.
Vergrendel de haspel altijd met het
veiligheidsslot als deze niet in
gebruik is.
WAARSCHUWING
Gebruik het veiligheidsslot nooit
terwijl de haspel bezig is met
oprollen.
VEILIG GEBRUIK VAN DE
HASPEL
1. Om de slang af te rollen,
ontkoppelt u eerst het
veiligheidsslot (zie boven) pak de
slang vast en loopt u van de
haspel vandaan, in iedere
gewenste
richting.
2. De haspel heeft een automatisch
veerslot om de slang op de
gewenste lengte te houden. U
hoort het veerslot, na iedere
meter slang die wordt afgerold,
vier keer "klikken".
Wanneer de slang op de
gewenste lengte is, gaat u stil
staan en trekt u de slang
langzaam verder uit totdat u één
van deze "klikken" hoort. De
slang blijft nu op deze lengte en is
klaar voor gebruik of kan op de
grond worden gelegd zonder dat
de slang oprolt. Indien gewenst
kunt u het systeem nog
vergrendelen met behulp van het
veiligheidsslot.
3. Als u de slang verder wilt afrollen
moet u, indien in gebruik, eerst
het veiligheidsslot ontkoppelen.
Pak het einde van de slang vast en
trek deze uit waarna u
bovengenoemde stappen
betreffende het veerslot herhaalt.
4. Het veerslot wordt ontkoppeld als
de slang tot voorbij vier klikken
wordt uitgetrokken. BEGELEIDT
DE SLANG, TIJDENS HET
OPROLLEN, TERUG NAAR DE
HASPEL.
BELANGRIJK
Ter voorkoming van schade door
oneigenlijk gebruik.
! NOOIT:
De slang loslaten tijdens het
oprollen. Begeleidt de slang door,
tijdens het oprollen, de slang vast
te houden terwijl u terug naar de
haspel loopt.
De slang loslaten als het veerslot
niet vergrendelt is.
Tijdens gebruik vingers of
objecten in de slangopening van
de haspel steken.