Inleiding tot de overige functies
x
Besturingswiel
DISP (inhoud weergeven): Maakt het mogelijk om de weergave op het scherm
te veranderen.
ISO (ISO): Maakt het mogelijk om de gevoeligheid in te stellen op basis van
de helderheid.
(Beeldindex): Maakt het mogelijk om meerdere beelden tegelijkertijd te
bekijken op een enkelbeeldweergavescherm.
(Belicht.comp.): Maakt het mogelijk om de belichting en helderheid te
compenseren voor het gehele beeld.
(Transportfunctie): Maakt het mogelijk om te schakelen tussen
opnamefuncties, zoals enkele opname, continue opname,
zelfontspanneropname of bracket-opname.
z (Scherpstelstandaard): Als u op deze knop drukt terwijl de
[Scherpstelgebied] is ingesteld op [Zone], [Flexibel punt] of [Uitgebr. flexibel
punt], kunt u de positie van het scherpstelgebied veranderen door op v/V/b/B
op het besturingswiel te drukken. U kunt de positie van het scherpstelgebied
ook veranderen tijdens het opnemen van stilstaande beelden. Afhankelijk van
de opties geselecteerd in [Scherpstelgebied] of [Centr. AF-vergrend.],
verschillen de beschikbare functies wanneer op de knop wordt gedrukt.
x
Fn (Functie)-knop
Hiermee kunt u 12 functies registreren en deze functies oproepen voor het
opnemen.
1 Druk op de Fn (Functie)-knop.
2 Selecteer de gewenste functie door op v/V/b/B op het besturingswiel te
drukken.
NL
3 Selecteer de waarde van de instelling door het besturingswiel te draaien.
24
MENU
Besturingsknop
AF/MF/AEL-
keuzeknop
Fn (Functie)
Besturingswiel