6. Inbussleutel (voor inbusschroeven)
grootte v.d.
a
schroef
3 mm
4 mm
4 mm
5 mm
5 mm
6 mm
6 mm
8 mm
a
7. Vierkant snij-ijzer
(voor schroefdraadgaten voor houtschroeven)
8. Frezen
De extra toebehoren kunnen zonder aankondiging op
ieder moment worden veranderd.
TOEPASSINGSGEBIEDEN
Het boren van gaten in verschillende metaalsoorten,
verstekhout en kunststoffen.
Oppervlaktebewerking van verstekhout, het slijpen
van matalen, het verwijderen van roest, het
verwijderen van verflagen.
Het aandraaien van kleine schroeven, houtschroeven
en snijschroeven voor aluminiumlijsten.
Het aandraaien van moeren en schroeven.
Schroefdraadsnijden bij verschillende matalen en
aluminium.
VOOR BEGIN VAN HET WERK
1. Netspanning
Controleren of de netspanning overeenkomt met de
opgave op het naamplaatje.
2. Netschakelaar
Controleren of de netschakelaar op "UIT" staat.
Wanneer de stekker op het net aangesloten is, terwijl
de schakelaar op "AAN" staat, begint het
gereedschap onmiddellijk te draaien, hetwelk ernstig
gevaar betekent.
3. Verlengsnoer
Wanneer het werkterrein niet in de buurt van een
stopcontact ligt, dan moet men gebruik maken van
een verlengsnoer, dat voldoende dwarsprofiel en
voldoende nominaal vermogen heeft. Het
verlengsnoer moet zo kort mogelijk gehouden
worden.
opmerkingen
voor tijdelijk
schroeven
4. Draairichting van het zijstuk kontroleren
Het zijstuk draait met de klok mee (gezien vanuit de
greep van het gereedschap), wanneer de schakelpal
op "R" gezet is. Staat de pal op "L", dan draait het
zijstuk tegen de klok in en kan gebruikt worden voor
het losdraaien en eruit trekken van schroeven. Zoals
afgebeeld in Afb. 1.
VOORZICHTIG
De draairichting van de boorschroevedraaier bij het
slijpen en polijsten steeds met de klok mee instellen.
De draairichting nooit veranderen terwijl de motor
draait. Daardoor zou de motor zwaar beschadigd
kunnen worden. Voor het veranderen van de
draairichting de machine uitschakelen.
5. De instelling van de koppelingsring kontroleren
(1) Bij gebruik van de boorschroevedraaier als
boormachine, slijpmachine, polijstmachine of
schroefdraadsnijder
Gebruikt men de boorschroevedraaier om te boren,
slijpen, polijsten of snijden, dan wordt de
koppelingsring tegen de klok in gedraaid (gezien
vanaf de voorkant) en de rode kring op de
boormarkering, die op het apparaat ingegraveerd is,
ingesteld, zoals afgebeeld in Afb. 2.
VOORZICHTIG
Wanneer de koppelingsring tijdens het draaien zou
blijven hangen, dan kunt u de boorhouder van de
boormachine licht verdaaien en dan trachten de
koppelingsring verder te draaien. Men moet echter
niet proberen de koppelingsring met geweld te
draaien, wanneer deze te dicht bij de boormarkering
staat.
(2) Wanneer men de boorschroevedraaier als
schroevedraaier of voor het aandraaien van moeren
gebruikt, dan draait men de koppelingsring met de
klok mee en de rode kring van de koppelingsring
wordt in dezelfde lijn als de schroefmarkering
ingesteld, die op het apparaat is ingegraveerd, zoals
afgebeeld in Afb. 3.
Als de boorschroevedraaier wordt aangezet wanneer
de koppelingsring zich tussen de boor en schroef
bevindt, dan wordt deze beschadigd. Er moet steeds
op gelet worden, dat de koppelingsring in de juiste
stand staat.
6. Het gebruik van het gereedschap
De boor of schroevedraaier wordt geheel in de
boorhouder ingezet en met de boorhoudersleutel
vastgedraaid. De boorhouder heeft drie gaten, waarin
de boorhoudersleutel ingezet wordt. Elk gat moet
na elkaar gelijkmatig aangedraaid worden. Niet
slechts een gat aandraaien. Het gereedschap kan er
in omgekeerde volgorde, zoals hierboven beschreven
werd, weer uitgenomen worden.
Keuze van de boor
(1) Gaten boren in bestekhout
Houtboren gebruiken met een doorsnee van 15mm
of kleiner. Voor kleine gaten van 6,5mm en minder,
gebruikt men echter metaalboren.
(2) Het boren van gaten in metaal of kunststoffen
Men gebruikt normale metaalboren. Bruikbare
boorgroottes zijn voldoende van ten minste 0,5mm
tot maximaal 10mm.
Nederlands
28