Configuratie
Als het apparaat voor het eerst wordt ingeschakeld, moet het
mogelijk voor uw regio worden geconfigureerd. Hiermee worden de
voor uw regio specifieke taal, eenheden voor lengte en gewicht,
datumnotatie en voorspelde waarden ingesteld. Ook worden hiermee
de weer te geven indices geconfigureerd en wordt ingesteld of
voorspeld percentage of Z-score wordt gebruikt om afwijking van de
norm weer te geven. Al deze instellingen kunnen echter met de
meegeleverde pc-software worden aangepast.
Schakel het apparaat in door op de aan/uitknop boven op het
apparaat te drukken. U ziet dan het volgende:
Met de toetsen Omhoog en Omlaag kunt u het gewenste land
markeren, waarna u op 'Enter' (
) drukt. Dit hoeft u alleen te doen
↵
als het apparaat voor de eerste keer wordt ingeschakeld. De door u
gemaakte keuze wordt opgeslagen voor toekomstig gebruik.
Het is aan te raden om deze instellingen desgewenst te wijzigen via
de pc-software. Sluit de Micro I op de pc aan met de meegeleverde
USB-kabel. Voer het softwareprogramma uit en schakel de Micro I
in. Het softwareprogramma voor de pc detecteert of de Micro I is
aangesloten. Volg de aanwijzingen op het scherm om uw apparaat
te configureren.
187