Een flesje reukstof (inhoud 25 ml) is voldoende voor 5
liter rookvloeistof. Voeg niet meer reukstof toe, aange-
zien dit tot verstopping van de rookmachine kan leiden.
WAARSCHUWING
Zorg dat u nooit ontvlambare vloeistoffen
van welk type ook in het mengsel doet.
Er bestaat gevaar voor explosie!
VOORZICHTIG
Koppel het toestel los van het stroomnet, alvorens
de rookvloeistof bij te vullen. Trek dus eerst de net-
stekker uit het stopcontact!
Het apparaat is niet spatwaterdicht. Indien er per
ongeluk vloeistof in het apparaat binnendringt,
mag u het apparaat niet in gebruik nemen, maar
eerst door een gekwalificeerd vakman laten con-
troleren en reinigen.
1) Draai de schroefdop (3) los.
2) Vul de rookvloeistof bij. Verwijder eventueel ge-
morste vloeistof onmiddellijk met een droge doek,
zodat het niet in het binnenwerk geraakt.
3) Sluit de tank opnieuw goed af. Zorg dat daarbij dat
de aanzuigslang tot aan de bodem van de tank komt.
4.2 Het apparaat installeren en bedienen
VOORZICHTIG
Tijdens het gebruik wordt de rookblaasmond zeer
heet (300 °C). Raak hem niet aan en zorg dat er
voldoende afstand is (ten minste 50 cm) tot licht
ontvlambare of warmtegevoelige materialen.
Stel het apparaat zo op, dat de hete rook niet recht-
streeks op personen geblazen wordt – gevaar voor
brandwonden!
Om te vermijden dat het apparaat oververhit
geraakt, moet de plaats van installatie zorgvuldig
worden geselecteerd, zodat tijdens het gebruik vol-
doende ventilatie is gegarandeerd. Zorg dat de
ventilatieopeningen van de behuizing niet zijn
afgedekt (b.v. door gordijnen). Zorg dat een mini-
mumafstand van 20 cm tot andere voorwerpen
wordt gerespecteerd.
Gebruik de rookmachine nooit zonder rookvloei-
stof. Er bestaat brandgevaar door oververhitting.
Bovendien kan het apparaat schade oplopen.
1) Verwijder al het verpakkingsmateriaal. Er mogen
geen verpakkingsresten aan de rookblaasmond
blijven hangen.
2) De rookmachine moet over voldoende rookvloei-
stof beschikken. Controleer het niveau in de tank
en vul zo nodig rookvloeistof bij – zie hoofdstuk 4.1.
3) Plaats het apparaat op een horizontaal oppervlak of
monteer het via de beugel (2) (b.v. met behulp van
een bevestigingsklem aan een brug). Om het appa-
raat te richten, draait u beide schroeven (5) op de
montagebeugel los, richt het apparaat zo horizon-
taal mogelijk, en draai beide schroeven opnieuw
vast. Voor een betrouwbare werking mag de rook-
machine niet meer dan 15° worden gekanteld!
WAARSCHUWING Het apparaat moet deskun-
Tijdens het gebruik van rookmachines ontstaat er
condens rond de rookblaasmond. Houd daarom
rekening met een toename van de vochtigheid
onder de rookblaasmond, wanneer u de montage-
plaats kiest.
4) Plug de aansluitingsstekker (18) van de afstands-
bediening in de jack (4) op de achterzijde van de
rookmachine.
Als u de rookmachine via DMX op afstand wenst
te besturen, moet er een regeleenheid met
DMX512-protocol (b.v. DMX-1440 of DMX-120 van
"img Stage Line") als volgt worden aangesloten:
a) Verbind de ingang (9) via een 3-polig XLR-kabel
met de DMX-uitgang van de regeleenheid.
Voor de aansluiting moeten speciale kabels voor
hoge
gegevensstromen
Wanneer gebruik wordt gemaakt van gewone
microfoonkabels, mag de totale kabellengte niet
meer dan 100 m bedragen. De beste overdracht
gebeurt met een afgeschermde microfoonkabel
van 2 x 0,25 mm
2
siekabel. Bij kabellengten vanaf 150 m wordt het
tussenschakelen van een DMX-ophaalversterker
aanbevolen (b.v. SR-103DMX van "img Stage
Line").
b) Verbind de uitgang (6) met de DMX-ingang van
de volgende DMX-ontvanger. Verbind de uitgang
hiervan opnieuw met de ingang van het
nageschakelde apparaat etc., tot alle DMX-ont-
vangers zijn aangesloten.
DMX-uitgangsjack is uitgerust met een vergren-
deling. Om de stekker uit te trekken, drukt u op
de PUSH-hendel.
c) Sluit de DMX-uitgang van de laatste DMX-ont-
vanger in de ketting af met een weerstand van
120 Ω (> 0,3 W): Soldeer aan de pinnen 2 en 3
van een XLR-stekker de weerstand vast en plug
de stekker in de DMX-uitgang of gebruik een
overeenkomstige afsluitstekker (b.v. DLT-123
van "img Stage Line").
5) Sluit het apparaat via het netsnoer (12) aan op een
stopcontact (230 V~/50 Hz) en schakel in met de
schakelaar POWER (10). De rookmachine warmt
gedurende ca. 10 minuten op. Op de afstandsbe-
diening lichten de LED's READY (14) en POWER
(15) de hele tijd op; er kan nog geen rook worden
uitgeblazen.
dig en veilig worden gemon-
teerd. Indien het apparaat
als zwevende last boven
personen
wordt
geïnstal-
leerd, moet het bijkomend
worden beveiligd (b.v. door
een hijskabel; bevestig de
hijskabel aan het hijsoog (1)
zo dat het apparaat niet
meer dan 20 cm kan vallen).
worden
gebruikt.
of een speciale datatransmis-
NL
B
21