9 Bijzondere functies ('Select')
Afhankelijk van het type camera staan verschillende, bijzondere functies ter
beschikking. Voor het oproepen en instellen van de bijzondere functies moet er
daarom eerst een uitwisseling van gegevens tussen camera en flitser plaats
hebben gevonden, bijv. door het aantippen van de ontspanknop op de camera.
Het oproepen van de individuele bijzondere functies
vindt plaats met de knopcombinatie 'Select', dat
betekent dat u tegelijk op de toetsen — c.q. + moet
drukken. De bij de bijzondere functies horende en
gewenste instellingen worden aansluitend met alleen
de toets —, c.q. + uitgevoerd.
Het instellen moet onmiddellijk na het oproepen van de bijzondere func-
tie plaatsvinden, daar de flitser anders na enige seconden automatisch
weer naar de normale flitsfunctie omschakelt!
9.1 Motorische zoominstelling van de hoofdreflector ('Zoom')
De motorische zoom van de hoofdreflector
van objectieven met een brandpuntsafstanden vanaf 24 mm (kleinbeeldformaat)
uitlichten. Door het gebruik van de ingebouwde groothoekdiffusor
de verlichtingshoek zich tot die van een 12 mm objectief.
Autozoom
Als de flitser gebruikt wordt op een camera die de gegevens van de brandpunts-
afstand van het objectief doorgeeft past de zoomstand van de reflector
automatisch daaraan aan. Na het inschakelen van de flitser wordt in het display
'Zoom' en de actuele zoomstand van de hoofdreflector
De automatische aanpassing geschiedt voor objectieven met een brandpunts-
afstand van 24 mm of meer. Als u een objectief met een kortere brandpuntsaf-
stand dan 24 mm gebruikt dan knippert in het display de aanduiding '24' als
waarschuwing dat het onderwerp niet volledig kan worden uitgelicht.
van de flitser kan de beeldhoek
vergroot
zich
aangegeven..
De automatische aanpassing vindt niet plaats als de hoofdreflector
gezwenkt is, als de groothoekdiffusor
Mecabounce (accessoire) aangebracht is.
Naar wens kan de stand van de hoofdreflector
om bepaalde verlichtingseffecten te bereiken (bijv. een spotlight-effect enz.).
Manual zoomfunctie
Bij camera's die de gegevens van de brandpuntsafstand van het objectief niet
doorgeven (bijv. bij met de hand scherp te stellen objectieven), moet de zoom-
stand van de hoofdreflector met de hand worden aangepast aan de brandpunt-
safstand van het objectief. De autozoomfunctie is in die gevallen niet mogelijk!
Na het inschakelen van de flitser wordt in het display 'Zoom' en de actuele
stand van de reflector
aangegeven.
Het instellen
• Druk zo vaak op de toetscombinatie 'Select', dat
'Zoom' knipperend in het display naast de zoom-
stand (mm) aangegeven wordt.
• Met de toetsen + en — de gewenste instelling uit-
voeren. In het display wisselt de knipperende aanduiding
daarbij naar 'M.Zoom' voor de manual
zoomfunctie. De volgende zoomstanden
voor de hoofdreflector zijn mogelijk:
24 - 28 - 35 - 50 - 70 - 85 - 105 mm
(kleinbeeldformaat).
De instelling treedt onmiddellijk in werking.
Na ong. 5 seconden houdt de aanduiding op te knippe-
ren en wordt de instelling automatisch opgeslagen.
auitgetrokken of een
met de hand worden versteld
M Zoom
10
85
m
mm
M Zoom
69