Toestand
Er verschijnt geen beeld van
de aangesloten apparatuur op
het scherm.
U kunt de aangesloten
apparatuur niet selecteren in
het Home-menu of u kunt van
ingangsbron schakelen.
Geluid
Het beeld is goed, maar er is
geen geluid.
Kanalen
U kunt het gewenste kanaal
niet selecteren.
Sommige kanalen zijn blanco. • Het kanaal is gecodeerd/het is een abonneekanaal. Meld u aan bij de
U kunt geen digitale kanalen
bekijken.
Thuisnetwerk
De diagnoseresultaten van de
aansluiting geven een storing
aan.
De server wordt niet
gevonden, een lijst kan niet
worden opgehaald en het
afspelen mislukt.
46
NL
Uitleg/oplossing
• Schakel de aangesloten apparatuur in.
• Controleer de kabelaansluiting.
• Druk op
om de lijst met aangesloten apparatuur weer te geven en
selecteer vervolgens de gewenste invoer.
• Voer de geheugenkaart of ander opslagapparaat op de juiste manier in de
digitale fotocamera.
• Gebruik een geheugenkaart van de digitale fotocamera of een ander
opslagapparaat dat is geformatteerd volgens de gebruiksaanwijzing van
de digitale fotocamera.
• De werking van elk USB-apparaat kan niet worden gegarandeerd.
Bovendien kunnen werkingen afwijken naar gelang de functies van het
USB-apparaat en de video die wordt afgespeeld.
• Controleer de kabelaansluiting.
• Stel de server die moet worden weergegeven in het Home-menu in
(pagina 27).
• Druk op 2 +/– of % (geluid onderdrukken).
• Controleer of de "Speaker" is ingesteld op "TV-speaker" (pagina 34).
• Als de HDMI-ingang wordt gebruikt met Super Audio CD of DVD-
Audio, dan worden er via DIGITAL AUDIO OUT (OPTICAL) wellicht
geen audiosignalen uitgevoerd.
• Schakel tussen de digitale en analoge modus en selecteer het gewenste
digitale/analoge kanaal.
betaaltelevisieservice.
• Het kanaal wordt alleen voor gegevens gebruikt (geen beeld of geluid).
• Neem contact op met de zender voor uitzendinformatie.
• Neem contact op met een lokaal installatiebedrijf om te achterhalen of er
in uw omgeving digitaal wordt uitgezonden.
• Sluit een antenne aan met een hoger vermogen.
Controleer de aansluitingen
• Gebruik een rechte LAN-kabel.
• Controleer of de kabel goed is aangesloten.
• Controleer de aansluiting tussen de televisie en de router.
Controleer de instellingen
• Wijzig het IP-adres van de DNS-server ("De netwerkverbinding
controleren" (pagina 27)) verwijzend naar het volgende.
–Neem contact op met uw internetaanbieder.
–Geef het IP-adres van de router op als u de DNS van uw
internetaanbieder niet kent.
• Zodra de serverinstellingen zijn gewijzigd, schakelt u de televisie uit
door 1 in te drukken op de televisie.
• Voer "Serverdiagnoses" (pagina 27) uit.
Als een pc als server wordt gebruikt
• Controleer of de pc is ingeschakeld. Schakel de pc niet uit terwijl deze
wordt geactiveerd.
• Als u beveiligingssoftware op uw pc heeft geïnstalleerd, moet u ervoor
zorgen dat verbinding met externe apparatuur is toegestaan. Raadpleeg
voor meer informatie de handleiding die bij de software is geleverd.
• De belasting voor de pc kan te groot zijn of de serverapplicatie kan
instabiel worden. Probeer het volgende:
–Stop de serverapplicatie en start deze opnieuw op.
–Start de pc opnieuw op.
–Verminder het aantal actieve applicaties op de pc.
–Verminder de hoeveelheid inhoud.