nl
U gaat als volgt te werk:
1. Vóór het schoonmaken het apparaat
uitschakelen.
2. Stekker uit het stopcontact trekken of
de zekering losdraaien
resp. uitschakelen!
3. De diepvrieswaren eruit halen en op
een koele plaats bewaren.
4. Het apparaat schoonmaken met een
zachte doek en lauw water met een
scheutje pH neutraal
schoonmaakmiddel. Het sop mag
niet in de verlichting terechtkomen.
5. Deurafdichting alleen met schoon
water schoonmaken en grondig
droogwrijven.
6. Het sop mag niet via het afvoergaatje
in het verdampingsgedeelte
terechtkomen.
7. Na het schoonmaken apparaat weer
aansluiten en inschakelen.
8. Diepvrieswaren weer in het apparaat
leggen.
Uitvoering
Voor het reinigen kunnen alle variabele
onderdelen van het apparaat worden
verwijderd.
Glasplateaus eruit halen
Afb. 5
De glasplateaus optillen, naar voren
trekken, laten zakken en zijwaarts
verwijderen.
Dooiwatergoot
Afb. .
De dooiwatergoot en het afvoergat
regelmatig reinigen met wattenstaafjes
o.i.d., zodat het dooiwater goed kan
weglopen.
86
Legplateaus uit de deur nemen
Afb. 6
Legplateaus optillen en verwijderen.
Reservoir verwijderen
Afb. 3
Reservoir tot aan de aanslag uittrekken,
vooraan optillen en verwijderen.
Energie besparen
Het apparaat in een droge, goed
■
te ventileren ruimte plaatsen! Het
apparaat niet direct in de zon of in de
buurt van een warmtebron plaatsen
zoals een verwarmingsradiator of een
fornuis.
Gebruik eventueel een isolatieplaat.
Warme gerechten en dranken eerst
■
laten afkoelen, daarna in het apparaat
plaatsen!
De diepvrieswaren om te ontdooien in
■
de koelruimte leggen. Hierdoor benut
u de koude van de diepvrieswaren
voor het koelen van
de levensmiddelen.
Deuren van het apparaat zo kort
■
mogelijk openen!
Een laag rijp of ijs in
■
de diepvriesruimte regelmatig laten
ontdooien!
Een laag rijp of ijs vermindert
de afgifte van koude aan
de diepvrieswaren en verhoogt
het energieverbruik.
Let erop dat de deur van
■
het diepvriesruimte goed gesloten is.
De achterkant van het apparaat af en
■
toe met met een stofzuiger of borstel
reinigen om toename van
het energieverbruik te voorkomen.