• Zaag niet in niet-zichtbare gedeelten waarin elek-
triciteit-, gas- of waterleidingen kunnen liggen.
Gebruik een geschikt zoekapparaat om leidin-
gen op te sporen of vraag uw energiebedrijf om
advies. Gas kan tot explosies leiden, water kan
kortsluiting veroorzaken en zagen in elektrici-
teitsleidingen zal tot kortsluiting en stroomuitval
leiden.
• Stof van het zagen van hout of lichte metalen
kan schadelijk zijn voor de gezondheid, brand-
baar of explosief zijn. Houd de werkomgeving
altijd schoon omdat materiaalmengsels bijzonder
gevaarlijk zijn.
• Zaag niet in asbesthoudend materiaal.
• Volg voor het zagen in gasbeton of gipsplaat de
wettelijke bepalingen en de aanwijzingen van de
leverancier van het materiaal.
Laat reparaties alleen uitvoeren door een erken-
de vakman
• Deze machine voldoet aan de van toepassing
zijnde veiligheidsvoorschriften.
• Reparaties mogen alleen uitgevoerd worden door
vakkundig personeel en met originele onderde-
len; dit om ongevallen te voorkomen.
2.1 Belangrijke veiligheidsvoorschriften voor
cirkelzagen
• Zorg ervoor dat het zaagblad correct is afge-
schermd.
• Zet de pendelbeschermkap nooit vast.
• Herstel een vastzittende pendelbeschermkap
voordat u de machine gebruikt.
• Controleer na een eventuele val altijd of de pen-
delbeschermkap niet is verbogen.
• Open de pendelbeschermkap alleen met de hand
bij invallend of haaks zagen. Let hierbij extra op
uw vingers.
• Vervang een defecte spanveer voordat u de ma-
chine opnieuw gebruikt.
• Gebruik geen zaagbladen van HSS-staal. Deze
kunnen gemakkelijk breken.
• Gebruik geen zaagbladen die verbogen, ver-
vormd of beschadigd zijn.
• Gebruik geen zaagbladen die niet voldoen aan de
specificaties in deze gebruiksaanwijzing.
• Begin nooit met zagen voordat de cirkelzaag op
volle toeren draait.
• Probeer nooit te kleine werkstukken te zagen.
• Gebruik beide handen om de machine te bedie-
nen.
• Grijp niet onder het werkstuk. De pendelbe-
schermkap dekt tijdens het zagen de zaag niet
aan de onderkant af.
• Monteer het zaagblad uitsluitend met alle stan-
daard hulpstukken die op de machine aanwezig
zijn.
• Werk niet met de machine boven uw hoofd. U
hebt dan onvoldoende controle op het gereed-
NL - Gebruiksaanwijzing
schap.
• Deze machine is niet geschikt voor montage op
een werkbank of ander stationair gebruik.
• Gebruik nooit slijpschijven op de cirkelzaag.
• Grijp tijdens het werken niet in de spaanafvoer.
Spaanders kunnen u verwonden.
2.2 Terugslag
• Terugslag is de plotselinge reactie als gevolg van
vasthaken, vastklemmen of een verkeerd gemon-
teerd zaagblad.
• Vastlopen kan gebeuren wanneer het zaagblad
scheef zit of wanneer u de machine in de zaags-
nede probeert te verdraaien.
• Bij het vastlopen van het zaagblad zal de kracht
van de geblokkeerde motor de machine uit het
werkstuk omhoogtrekken en in de richting van de
bedienende persoon bewegen.
• Door onderstaande veiligheidsmaatregelen op te
volgen kunt u de gevolgen van terugslag voorko-
men:
• Houd de machine tijdens het gebruik met beide
handen stevig vast.
• Blijf altijd opzij van het zaagblad staan. Breng het
zaagblad nooit op één lijn met uw lichaam.
• Schakel bij het vastklemmen van het zaagblad de
machine uit en wacht tot de machine tot stilstand
is gekomen. Probeer niet om de machine uit het
werkstuk te trekken zolang het zaagblad nog
draait of de machine nog ingeschakeld is.
• Wanneer de machine nog in het werkstuk zit en
toch opnieuw gestart moet worden, controleer
dan of de zaagtanden van het zaagblad niet in
het werkstuk zijn vastgehaakt.
• Ondersteun grote platen om te voorkomen
dat deze doorbuigen aan de randen of bij de
zaagopening.
• Gebruik geen stompe zaagbladen.
• Let erop dat zich geen voorwerpen in het
zaagobject bevinden. De zaag kan daarop vastlo-
pen.
• Gebruik bij schulpen (= zagen dwars op de
houtnerf) altijd de parallelgeleider of een andere
vorm van zaaggeleiding. Dit voorkomt het vast-
klemmen van het zaagblad.
• Zorg dat de instellingen voor de zaagdiepte en
zaaghoek goed zijn vastgezet wanneer u met het
zagen begint. Als de instellingen tijdens het werk
wijzigen kan terugslag optreden.
• Let bij invallend zagen op dat zich achter of in
het voorwerp geen obstakels bevinden die de
zaag kunnen blokkeren.
2.3 Belangrijke veiligheidsvoorschriften
voor lasers
• De laser is ongevaarlijk bij normaal gebruik.
Wel kan enkele seconden in een dergelijke laser
staren tot (kleine) oogbeschadigingen leiden. Kijk
7