10. Lamineerprocedure
Leg de foliehoes op de foliegeleider
linker of rechter kant van de foliehoes tegen de
folieformaat-stop
w
Schuif de folieformaatstop
het gekozen formaat is bereikt. Zo voorkomt u
dat de foliehoes scheef naar binnen wordt ge-
trokken.
Mocht de folie desondanks scheef naar bin-
nen worden getrokken, gebruikt
u dan de „anti-blokkeeer-functie",
zoals in hoofdstuk 11 beschreven.
chuif de foliehoes nu langzaam in de sleuf
voor handmatige folietoevoer
Wanneer u de foliehoes een paar centimeter
in de sleuf hebt geschoven, wordt deze auto-
matisch verder naar binnen getrokken. Laat
de foliehoes los, zodra u merkt dat deze auto-
matisch naar binnen wordt getrokken.
Zorg ervoor dat aan de voorkant van het
lamineerapparaat minstens 30 cm plaats
vrij blijft. Anders kan de foliehoes na het la-
mineren niet volledig uit het lamineerappa-
raat worden geschoven. Daardoor kan de
gelamineerde foliehoes beschadigd raken.
De gelamineerde foliehoes wordt via de folie-
u
uitvoersleuf
van het lamineerapparaat naar
buiten geschoven.
q
. Leg de
(gesloten zijde vooraan).
w
binnenwaarts tot
o
.
(Alleen na heetlamineren) Als de gelami-
neerde folie uit de folie-uitvoersleuf
het lamineerapparaat wordt geschoven, is
deze heet en kan de vorm ervan gemak-
kelijk veranderen. Laat de foliehoes da-
arom na het lamineren eerst een paar minu-
ten afkoelen, voordat u deze aanraakt.
Om het lamineerresultaat te verbeteren, kunt
u op de nog hete foliehoes een boek, een
dossiermap of een ander zwaar, glad
voorwerp leggen. Zo krijgt de foliehoes
een perfect glad oppervlak.
11. Anti-blokkeer-funtie (ABS)
Bij de start van de lamineerprocedure kan de folie
scheef naar binnen worden getrokken of vastlopen
binnen in het apparaat.
Schuif de anti-blokkeer-schakelaar (ABS)
in de stand ABS.
•
De folie wordt niet verder naar binnen getrokken.
Haal de folie eruit.
Schuif de anti-blokkeer-schakelaar (ABS)
weer op de gewenste foliedikte.
Begin opnieuw met het lamineren.
12. Reiniging en onderhoud
Levensgevaar vanwege elektrische schok:
• Open nooit de behuizing van het apparaat.
Hierin bevinden zich geen bedieningsele-
menten.
• Dompel de onderdelen van het apparaat
nooit in het water of in andere vloeistoffen
onder!
- 14 -
u
van
i
i