Opmerkingen/Waarschuwingen - easydriver infinity 2.5 Instructions D'assemblage Et Mode D'emploi

7. Ingebruikname / Bediening
B6 Afkoppelen van de aandrijfrollen
Beveilig het voertuig tegen wegrollen,
alvorens de aandrijfollen af te koppelen
(nadat het rangeren is voltooid)!
Druk de beide pijltoetsen op de
afstandsbediening gelijktijdig in
en houd deze ingedrukt totdat de
aandrijfrollen volledig zijn ingedraaid.
Het LED-je blijft knipperen totdat het afkoppelroces
is afgesloten. Is de eindpositie bereikt, schakelt de
MotorDrive automatisch af. Zodra het afkoppelproces
is voltooid, brandt het LED-je constant.
B7 easydriver UIT schakelen
Schakel uw easydriver UIT door één keer
op de I/O toets van de afstandsbediening
te drukken.
De aandrijfunits mogen niet langere tijd
banden gekoppeld blijven, omdat de banden
anders beschadigd kunnen worden. Gebruik bij
aangekoppelde aandrijfunits, in combinatie met een
aangekoppeld trekvoertuig, is verboden, omdat zowel
de caravan/aanhanger als het trekvoertuig daardoor
schade kan ondervinden.
B8 Systeem uitschakelen
Schakel de afstandsbediening UIT.
De easydriver moet na ieder gebruik met
deze schakelaar uitgeschakeld worden
.
Trek de handrem aan en/of zeker uw caravan/
aanhanger tegen wegrollen door middel van
geschikte wielkeggen.
NL14

8. Opmerkingen/Waarschuwingen

8. Opmerkingen/Waarschuwingen
De easydriver
communicatie tussen de afstandsbediening en het
basisstation. Daardoor kunnen informaties van het
basisstation op de afstandsbediening overgedragen
worden.
Functiestatus:
• Symbool knippert 1x per seconde:
zoeken naar het basisstation
• Symbool
op de basisstation is verbonden. Het systeem
is gebruiksklaar.
Batterij afstandsbediening:
• Symbool is niet verlicht: de batterij-
spanning is in orde
• Het symbool knippert 1x per seconde: de
batterijen moeten vervangen worden
• Het symbool brandt constant rood:
batterijen zijn leeg. Alle rijfuncties zijn
gestopt.
Overbelasting:
• Symbool is niet verlicht: stroombelasting
van het basisstation is in orde
• Symbool brandt constant (rood) en
er klinkt een pieptoon: overstroom
gedetecteerd. Uitschakelen van alle
rijfuncties. Reactiveer het systeem door
de afstandsbediening uit- en weer in te
schakelen
gebruikt een bidirectionele
brandt constant: het