NL
3 Het Gebruik / 4 Diversen
3.3
Inhalatie
stoppen
4 Diversen
4.1
Reiniging en
onderhoud
86
Wanneer de inhalatie is voltooid, schakel het instrument dan uit door op
de aan / uit--schakelaar
hele inhalaat heeft verbruikt.
Verwijder de resten inhalaat. Gebruik deze resten niet opnieuw. Reinig
het instrument direct na iedere toepassing. (Raadpleeg voor meer infor-
matie 4.1 Reiniging en onderhoud).
AANWIJZINGEN
- Indien u het masker gebruikt, blijft er een grotere hoeveelheid
aërosol over op het slijmvlies van de neus-keelholte dan bij de
toepassing met behulp van het mondstuk.
- Nadat het mondstuk een tijdje werd gebruikt, kan het zijn dat er
zich bij gebruik enkele druppels oplosmiddel in het aanzetstuk
van het mondstuk verzamelen. Dat heeft echter geen invloed op
de werking en functie van het toestel. Verwijder de druppels na
gebruik met een zachte doek.
Voer de volgende stappen voor reiniging en desinfectie het eerste ge-
bruik, na elk gebruik, en na een lange (ca. 4 weken) periode van niet-
gebruik door.
Reiniging
1.
Schakel het apparaat uit en trek de voedingsstekker uit het stopcontact.
2.
Ontkoppel de luchtslang
derdelen van de vernevelaar uit elkaar. Werp overgebleven resten van
geneesmiddelen in de vernevelaar-tank weg. Als onderdeel van de actie-
ve waterbescherming moet de residuen van geneesmiddelen niet naar
het riool aflopen, maar worden opgevangen met cellulose-doeken en bij
het restafval.
3.
Spoel alle onderdelen van het vernevelaar-set uit met warm water (40C°)
en een beetje afwasmiddel. Dan moeten alle onderdelen nagespoeld
worden met warm water (ongeveer 40 ° C, zonder afwasmiddel). De del-
en van de vernevelaar eenheid moet nu worden gedesinfecteerd - zie
"Desinfectie".
4.
De compressor kunt u met een zachte, licht vochtige doek afkuisen. Ge-
bruik geen bijtende stoffen, zoals schuurmiddel of andere middelen voor
het reinigen. Dit kan de oppervlakte beschadigen.
Desinfectie
1.
Voor het desinfecteren van de onderdelen van de vernevelaar, voert u
de stappen uit zoals onder "Reiniging" beschreven.
2.
Voor desinfectie is het gebruik van alcohol of gebruikelijke alcoholische
sproeimiddelen voor desinfectie mogelijk. Zorg ervoor dat er geen res-
ten van het ontsmettingsmiddel op de aansluitingen achterblijven om de
volgende inhalatie niet in het gedrang te brengen.
3.
Laat de onderdelen drogen gedurende 4-5 uur. De vernevelaar-eenheid
een paar keer schudden om waterdruppels sneller te verwijderen.
("O") te drukken, zelfs indien u niet het ge-
van de vernevelaar-eenheid en haal de on-
G
i
i
i
i