3. Plastic doos
De extra toebehoren kunnen zonder aankondiging op
ieder moment worden veranderd.
TOEPASSINGEN
Vastdraaien van schroeven met zeskante kop
Vastdraaien van drywall-schroeven, houtschroeven
en zelf-borende schroeven.
VOOR HET GEBRUIK
1. Netspanning
Controleren of de netspanning overeenkomt met de
opgave op het naamplaatje.
2. Netschakelaar
Controleren of de netschakelaar op "UIT" staat.
Wanneer de stekker aan net aangesloten is, terwijl
de schakelaar op "AAN" staat, begint het
gereedschap onmiddellijk te draaien, wat ernstig
gevaar betekent.
3. Verlengsnoer
Wanneer het werkterrein niet in de buurt van een
stopcontact ligt, dan moet men gebruik maken van
een verlengsnoer, dat voldoende dwarsprofiel en
voldoende nominaal vermogen heeft. Het
verlengsnoer moet zo kort mogelijk gehouden
worden.
4. Controle van de draairichting van het gereedschap
(Afb.1)
Het gereedschap draait met de klok mee (gezien
vanuit de achterkant), wanneer de schakelpal op
"R" staat.
Wanneer de pal op "L" geschakeld staat, draait het
gereedschap tegen de klok in en kan gebruikt worden
voor het los-en eruitdraaien van schroeven.
5. Het instellen van de schroefdiepte (Afb.2)
Trek de klemkoppeling in de richting van de pijl om
deze van de spie op de beschermingskap te
verwijderen. Stel de stand van de locator in door
de klemkoppeling uit te trekken en deze naar links
of rechts te draaien. Druk de klemkoppeling in en
breng de spie van de beschermingskap in lijn met
de spie van de klemkoppeling.
De klemkoppeling valt in de spie van de
beschermingskap en wordt vergrendeld.
(1) Voor schroevenmet zeskante kop:
Zet de schroef in de zeskante dop en stel de afstand
tussen het uiteinde van de sub-stopper en de
onderkant van de schroefkop in op 1–1,5 mm, zoals
afgebeeld in Afb.3.
(2) Voor Drywall-schroeven:
Zet een Drywall-schroef op de schroevendraaierpunt
en stel de afstand tussen het uiteinde van de sub-
stopper en de schroefkop in op 1,5–2 mm, zoals
afgebeeld in Afb.4.
4. Haak
(3) Voor zelftappende kruiskopschroeven:
Zet
een
zelftappende
schroevendraaierpunt en stel de afstand tussen het
uiteinde van de sub-stopper en de onderkant van
de schroefkop in op 1–1,5 mm, zoals afgebeeld in
Afb.5.
6. Bevestiging van de boor
Zie
"Aanbrengen
schroevendraaier" voor nadere byzonderheden.
AANBRENGEN EN VERWIJDEREN VAN DE
ZESKANTE BUS OF DE SCHROEVENDRAAIER
1. Verwijderen van de zeskante bus (Afb.6)
(1) Trek de Sub-stopper uit de Locator terwijl u de Sub-
stopper ronddraait.
(2) Verwijder de zeskante bus. Houd deze met uw hand
vast of klem hem in een bankschroef terwijl u de
schroevendraaier er met een tang uit trekt.
2. Verwijderen van de schroevendraaierpunt (Afb.7)
Verwijder de sub-stopper (A) zoals beschreven bij
het verwijderen van de zeskantdop, verwijder de
boorhouder
en
schroevendraaierpunt eruit met een tang.
3. Verwijderen van de schroevendraaierpunt (Afb.8)
Verwijder de sub-stopper (C) zoals beschreven bij
het verwijderen van de zeskantdop, verwijder de
boorhouder
en
schroevendraaierpunt eruit met een tang.
4. Aanbrengen van de zeskante bus of de
schroevendraaier
Monteer de schroevendraaier in de omgekeerde
volgorde van het verwijderen.
GEBRUIK VAN DE SCHROEVENDRAAIER
1. Bediening van de schakelaar en instelling van de
draaisnelheid
Het toerental van het gereedschap kan tussen 0–
4000/min (W6V3) of 0–2600/min (W6VA3, W6VB2)
of 0–1700/min (W8VB) door verandering van druk
op de trekkerschakelaar geregeld worden. Het
toerental neemt toe hoe verder de trekker wordt
ingedrukt en breikt de maximumsnelheid van 4000/
min (W6V3) of 2600/min (W6VA3, W6VB2) of 1700/
min (W8VB) wanneer de schakelaar geheel ingedrukt
wordt.
Om het continu-bedrijf te vergemakkelijken, kunt u
terwijl u de trekkerschakelaar indrukt op de
drukschakelaar drukken zodat de trekker vergrendeld
wordt. Zo blijft het gereedschap ingeschakeld ook
wanneer u uw vinger van de trekker haalt. Door de
trekkerschakelaar opnieuw in te drukken, wordt de
vergrendeling vrijgegeven en het apparaat
uitgeschakeld
wanneer
trekkerschakelaar los laat.
2. Bediening van de schroevendraaier
Als de schakelaar op aan wordt gezet, begint de
motor te draaien maar de zeskante bus (of de
schroevendraaier) draait echter niet. Zet de zeskante
bus tegen de gleuf van de schroef en druk de
schroevedraaier vervolgens tegen de schroef. De
schroevedraaier begint dan te draaien en de schroef
wordt vastgedraaid.
Nederlands
schroef
op
en
verwijderen
van
trek
vervolgens
trek
vervolgens
u
vervolgens
de
de
de
de
de
21