4.1.3 Magnetronvermogen
Het magnetronvermogen dat voor de bereiding wordt gebruikt, is in te stellen in vijf stappen van 120 W tot 700 W.
Magnetron-
Magnetron-
vermogen in W
vermogen in %
120
17%
230
33%
390
55%
540
77%
700
100%
4.2
PAUZEREN EN STOPPEN VAN DE BEREIDING
4.2.1 Bereiding pauzeren
•
Open de deur.
Het apparaat pauzeert de bereiding.
WAARSCHUWING!
Het apparaat gaat meteen verder met de bereiding wanneer de deur gesloten wordt. Om te voorkomen dat het
apparaat met een lege ovenruimte in werking treedt: zet eerst de Timer-draaiknop op 0 en sluit pas daarna de deur.
4.2.2 Bereiding stoppen
Stel de Timer-draaiknop in op 0.
•
Het apparaat stopt met bereiden.
4.3
VOEDSEL BEREIDEN
WAARSCHUWING!
Laat de magnetron nooit werken zonder voedsel (eten of drinken) op het draaiplateau om oververhitting te
voorkomen. Zet de Timer-draaiknop op 0 als het apparaat niet in gebruik is. Laat de magnetron nooit werken
zonder loopring en draaiplateau. Kijk voor de bereidingswijze en bereidingstijd altijd op de verpakking van het
voedsel en volg de instructies van de producent.
4.3.1 Verwarmen of gaar maken van voedsel
1. Plaats het te bereiden voedsel in het midden van het draaiplateau en sluit de deur.
2. Stel het gewenste magnetronvermogen in met de Power-draaiknop.
3. Stel de gewenste bereidingstijd in met de Timer-draaiknop.
Het apparaat begint automatisch met de bereiding als de bereidingstijd is ingesteld.
4.3.2 Ontdooien van voedsel
1. Plaats het te ontdooien voedsel in het midden van het draaiplateau en sluit de deur.
2. Stel het magnetronvermogen in op 230W met de Power-draaiknop.
3. Stel de gewenste ontdooitijd in met de Timer-draaiknop.
Het apparaat begint automatisch met de bereiding als de bereidingstijd is ingesteld.
Betekenis
Voorbeelden van toepassingen
Laag
Zacht maken van roomijs
Medium laag/
Soep, stoofpot, zacht maken van boter en
ontdooien
ontdooien
Medium
Stoofpot, vis
Medium hoog
Rijst, vis, kip, gehakt
Hoog
Opwarmen, melk, water koken, groenten,
drank
19