Reflectieplaat en diffusor
De flitser heeft een ingebouwde reflectieplaat en
een diffusor. U kunt de reflectieplaat of de
diffusor aan de bovenzijde van de flitskop
uitschuiven, de flitskop kantelen en de
reflectieplaat gebruiken om foto's met sterke
effecten te maken. De diffusor kan het sterke
licht reduceren en zo voor zachte effecten
zorgen.
Om bij foto's van dichtbij (1-3 m) optimale
resultaten te behalen, is het gebruik van de
diffusor aanbevolen.
Powerzoom
Automatische besturing van de
motorzoom
Als u zoomlenzen gebruikt die hun
brandpuntsafstand naar de camera sturen, geeft
de camera deze informatie aan de flitser door.
Vervolgens past de flitser zijn zoompositie
automatisch aan de brandpuntsafstand van de
lens aan. De automatische reflectorsturing van
de motorzoom is alleen mogelijk bij camera's
die een digitale gegevensoverdracht naar de
flitser ondersteunen.
Het LCD-scherm aan de flitser vermeldt de
zoomposities van 24-28-35-50-70-85 mm. Als de
flitser is ingeschakeld, wordt de zoom
geactiveerd en de positie op 35 mm ingesteld.
Van zodra de ontspanner van de camera slechts
licht wordt aangeraakt, wordt de
brandpuntsafstand van de flitser automatisch
aan de brandpuntsafstand van de lens
aangepast.
Als de flitskop zich niet in de normale stand
(naar voren gericht) bevindt, maar in een andere
positie staat, wordt de zoompositie altijd op 50
mm ingesteld, wat op het LCD-scherm wordt
aangegeven door een korte flits in de
automodus.
Handmatige besturing van de
motorzoom
Met de knop "Zoom" kunt u de reflectorpositie
van de zoom onafhankelijk van de
brandpuntsafstand van de lens veranderen. Op
het LCD-scherm verschijnt dan een "M3 en de
momenteel ingestelde zoompositie van de
reflector.
70
Door de knop "Zoom" licht in te drukken, kunt u
de zoompositie in deze volgorde veranderen: 24-
28-35-50-70-85 mm.
Positie van de autozoom: 24, 28, 35, 50, 70, 85
mm.
Ontvangstfunctie
Deze flitser kan als draadloos ontvangstapparaat
worden gebruikt, door de schakelaar "Slave
Mode" in de stand "S" te zetten. De flitser
schakelt dan automatisch om naar de modus
"M", met een energieverhouding 1:1 en de
brandpuntsafstand 24 mm. Als de sensor het
afgaan van een extern flitsapparaat detecteert,
gaat de flitser synchroon af. De lichtsterkte kan
hierbij worden geselecteerd door een
energieverhouding tussen 1/1 en 1/16 in te
stellen. Als meerdere flitsapparaten als
ontvangstapparaat worden ingezet, dient u
rekening te houden met de verschillende
lichtsterkten, om de juiste belichting te
berekenen. Als de ontvangstmodus is
ingeschakeld, werkt de energiespaarmodus niet.
Energiespaarfunctie
Om energie te besparen, schakelt de flitser
ongeveer 3 minuten nadat hij werd ingeschakeld
of nadat hij voor het laatst afging automatisch
uit.
Op het LCD-scherm verschijnt het "OFF"-signaal.
Om de flitser te reactiveren, drukt u gewoon een
willekeurige knop onder het LCD-scherm in of
schakelt u het apparaat met de hoofdschakelaar
uit en weer in.
De flitser is in de energiespaarmodus niet
volledig uitgeschakeld, maar zijn stroomverbruik
is wel drastisch verlaagd. Als u de flitser niet
meer gebruikt, zet u de hoofdschakelaar op
"OFF".
Veiligheidsinstructies
Laat de flitser nooit vanaf korte afstand direct in
de ogen van mensen of dieren afgaan. Dit kan
het netvlies beschadigen en zelfs tot blindheid
leiden.
Gebruik uitsluitend de in de gebruiksaanwijzing
vermelde energiebronnen.
Probeer batterijen nooit te openen of te
kortsluiten.
Stel batterijen of accu's nooit bloot aan hoge
71