f)
Zorg ervoor dat er geen water binnendringt via de ventilatieopeningen in de
behuizing.
g)
Reinig de ventilatieopeningen met een borstel en perslucht.
h)
Het apparaat dient regelmatig worden gecontroleerd op technische operatie
en eventuele schade.
i)
Gebruik voor reinigen een zachte, vochtige doek.
j)
Gebruik voor het schoonmaken geen scherpe en/of metalen voorwerpen (bijv.
een staalborstel of een metalen spatel) omdat deze het oppervlaktemateriaal
van het apparaat kunnen beschadigen.
k)
Smeer na elk gebruik of na elke 8 bedrijfsuren de onderdelen van de machine
die smering nodig hebben (bijvoorbeeld met lagervet):
Aandrijfas:
•
Rol en ventilator:
•
NL