Opmerking
• Zorg dat de kant met de twee
uitsteeksels in uw richting wijst, en dat
alle haakjes van het voorfilter op de
juiste manier op de luchtreiniger zijn
bevestigd.
8
Plaats het voorpaneel terug door
eerst de bovenste haakjes in
het bovenste gedeelte van de
luchtreiniger (1) te bevestigen. Druk
vervolgens het paneel tegen de
luchtreiniger (2) aan (afb. g).
9
Zet de levensduur van het
NanoProtect actieve koolstoffilter
en het NanoProtect-filter terug op
nul (zie 'De levensduurteller van
het filter terugzetten').
90 NL
8 De
levensduurteller
van het filter
terugzetten
Als u de filters vervangt, is het belangrijk
dat u na afloop ook de levensduurteller
van de filters terugzet. Zo werkt
de luchtreiniger synchroon aan de
levensduur van de filters.
Zet de filtertijd na het vervangen van de
filters terug op nul:
1
Schakel de luchtreiniger uit en haal
de stekker uit het stopcontact.
2
Vervang de filters van de
luchtreiniger (zie 'De filters
vervangen').
3
Steek de stekker in het stopcontact
en zet de luchtreiniger weer aan.
4
Houd de knop
2 seconden
ingedrukt (afb. v).
Opmerking
• Zorg dat de luchtreiniger op het
stopcontact is aangesloten en is
ingeschakeld wanneer u deze op nul
zet.
• Vervang de filters pas wanneer het
lampje
gaat branden.