Nederlands
2. Over de indicator van de resterende acculading
Wanneer u op de indicatieschakelaar van de
resterende acculading drukt, licht het indicatielampje
van de resterende acculading op en kunt u de
resterende acculading controleren. (Afb. 18)
Wanneer u uw vinger van de indicatieschakelaar
van de resterende acculading haalt, dooft het
indicatielampje. In Tabel 4 vindt u de status van
het indicatielampje van de resterende acculading en
de resterende acculading.
Status van
Resterende acculading
lampje
De resterende acculading is
voldoende.
De resterende acculading is de
helft.
De accu is bijna leeg.
Laad de accu zo snel mogelijk op.
Omdat de indicator van de resterende acculading
een enigszins ander resultaat geeft afhankelijk van
de omgevingstemperatuur en kenmerken van de
accu, gebruikt u de informatie best als referentie.
OPMERKING
Stel het schakelpaneel niet bloot aan sterke schokken
en breek het niet.
Dit kan een defect veroorzaken.
Om
accuvermogen
indicatielampje van de resterende acculading op
door op de indicatieschakelaar van de resterende
acculading te drukken.
3. Zagen
LET OP
Controleer nog eens of het zaagblad goed vast zit.
Controleer dat vleugelmoer voor het afstellen van
de zaagdiepte goed vast is geklemd, evenals de
vleugelmoer voor het afstellen van de hellingshoek.
(1) Plaats het voetstuk op het materiaal en zorg
vervolgens dat de voorgemarkeerde lijn, het zaagblad
en de kerf aan de voorkant van het voetstuk op één
lijn zitten (Afb. 15).
Indien de basis niet schuin is, moet u het grote
gedeelte als geleiderstuk gebruiken (Afb. 15, Afb.
19(A)).
Indien de basis schuin is (45 graden), gebruik dan
de kleine voorschaal als geleiderstuk (Afb. 15, Afb.
19(B)).
(2) Er moet op gelet worden, dat de schakelaar op
AAN" staat, voordat het zaagblad met het zaaghout
"
in aanraking komt. De schakelaar wordt ingeschakeld,
wanneer de knop ingedrukt wordt en uitgeschakeld,
wanneer de knop losgelaten wordt.
Wanneer de zaag met gelijkmatige snelheid in rechte
lijn bewogen wordt, dan is het resultaat optimaal.
LET OP
Voordat men begint te zagen, moet het zaagblad
de volle draaisnelheid bereikt hebben.
Blijft het zaagblad hangen of het maakt een
ongewoon geluid, dan moet de schakelaar
onmiddellijk uitgeschakeld worden.
59
Tabel 4
te
sparen,
licht
Wanneer u klaar bent met uw werk, dient u de accu
uit de machine te halen.
Als u de zaag draait en er kracht op uitoefent terwijl
u aan het zagen bent, kan de motor overbelast
raken, dus u probeer zoveel mogelijk rustig en
rechtuit te zagen.
Als de cirkelzaag doorlopend wordt gebruikt en u
de accu telkens voor een reeds opgeladen exemplaar
verwisseld, zal de motor waarschijnlijk oververhit
raken. Wanneer u merkt dat de behuizing heet wordt,
dient u daarom de cirkelzaag een tijdje te met rust
te laten.
Zaag niet wanneer de basisplaat het te zagen
materiaal niet raakt. Hierdoor kan de motor namelijk
vastlopen.
HET AANBRENGEN EN VERWIJDEREN VAN
HET ZAAGBLAD
LET OP
Om ernstige ongelukken te voorkomen dient u de
schakelaar op OFF te zetten en de batterij eruit te
halen.
1. Verwijderen van het zaagblad
(1) Stel, met de basisplaat, de zaag in op zijn maximale
zaagdiepte en houd de zaag zoals aangegeven in
Afb. 20.
(2) Druk de vergrendelgreep in, vergrendel de as en
verwijder de linker bout en onderlegschijf (B) met
de steeksleutel.
(3) Verwijder het zaagblad terwijl u de hendel van de
onderste afscherming op zo'n manier
dat de onderste afscherming volledig in de
het
zaagafscherming wordt teruggetrokken (Afb. 21).
2. Monteren van het zaagblad
LET OP
Het vastdraaien van de linker bout met ander
gereedschap dan de meegeleverde steeksleutel kan
leiden tot te strak of te los vastdraaien, hetgeen kan
leiden tot letsel.
(1) Verwijder het stof dat zich aan de as en
onderlegschijven opgehoopt heeft.
(2) Zoals getoond in Afb. 22 moet de kant van de
onderlegschijf (A) met een naar voren staand
middenstuk met dezelfde diameter als de
binnendiameter van het zaagblad en de holle kant
van de onderlegschijf (B) aan beide kanten van het
zaagblad aangebracht worden.
*
Sluitring (A) is voor 2 typen zaagbladen die een
gat met een diameter van 16 mm en 30 mm
hebben bijgeleverd. (Bij aankoop van de
cirkelzaagmachine is slechts één sluitring (A)
bijgeleverd.)
Raadpleeg de plaats waar u de cirkelzaagmachine
heeft gekocht indien het gat van het zaagblad
een afwijkende diameter heeft en sluitring (A)
niet geschikt is.
(3) Monteer het zaagblad zodaning dat de pijl op het
zaagblad in dezelfde richting wijst als de pijl op de
zaagbeveiliging.
(4) Draai de linker bout, die het zaagblad vasthoudt,
zo goed mogelijk vast met uw vingers. Druk
vervolgens de vergendelgreep in, vergrendel de as
en draai de bout aan de linkerkant goed vast.
vasthoudt