De zuigklep moet diep genoeg in het water liggen,
•
zodat het drooglopen van het apparaat door daling
van het waterpeil wordt vermeden.
•
Een ondichte zuigleiding verhindert door aanzui-
gen van lucht het aanzuigen van het water.
Vermijd het aanzuigen van vreemde voorwerpen
•
(zand enz.). Indien nodig installeert u hiertoe een
voorfilter.
Aansluiting van de drukleiding
De drukleiding (moet min. 19 mm (¾ ") zijn) moet
•
rechtstreeks of via een schroefdraadnippel aan de
aansluiting van de drukleiding 33,3 mm (R1 bin-
nendraad) van het apparaat worden aangesloten
(zie fig. 3).
Uiteraard kan met de juiste schroefverbindingen
•
een ca. 13 mm (½ ") drukslang worden gebruikt.
De transportcapaciteit wordt door de kleinere
drukslang gereduceerd.
•
Tijdens het aanzuigen moeten de op de druk-
leiding voorhanden zijnde afsluiters (sproeiers,
kleppen enz.) helemaal opengedraaid zijn zodat
de in de zuigleiding aanwezige lucht vrij kan
ontsnappen.
Elektrische aansluiting
De elektrische aansluiting gebeurt op een vei-
•
ligheidscontactdoos 230 V ~ 50 Hz. Beveiliging
minstens 10 ampère.
•
Het in-/uitschakelen gebeurt met de geïntegreer-
de schakelaar (zie fig. 1, pos. 6).
Tegen overbelasting of blokkering wordt de motor
•
beveiligd door de geïntegreerde temperatuurbe-
waking. In het geval van oververhitting wordt de
pomp door de temperatuurbewaking automatisch
uitgeschakeld, en na het afkoelen wordt het appa-
raat weer automatisch ingeschakeld.
GFGP_1010_EX_BE_SPK7.indb 29
GFGP_1010_EX_BE_SPK7.indb 29
N
6. Bediening
•
Het apparaat opstellen op een vaste, effen en hori-
zontale ondergrond.
Pomphuis via de watervulplug (4) vullen met
•
water. Het vullen van de zuigleiding versnelt het
aanzuigen.
•
Alle afsluitinrichtingen in de drukleiding (sproei-
mondstuk, kleppen enz.) moeten bij het aanzui-
gen volledig geopend zijn, opdat alle lucht uit de
aansluitleiding kan ontsnappen.
Netkabel aansluiten. Het aanzuigen start auto-
•
matisch.
- het aanzuigen kan bij max. aanzuighoogte tot 5
minuten duren.
Als de pomp na gebruik weer wordt verwijderd,
•
dan moet als hij opnieuw aangesloten en in be-
drijf gesteld wordt absoluut weer water worden
bijgevuld.
7. Vervanging van de netaansluitkabel
Gevaar!
Als de netaansluitkabel van dit apparaat wordt bescha-
digd, dient deze door de fabrikant of door de dienst
na verkoop of een gekwalifi ceerde persoon te worden
vervangen om te voorkomen dat iemand in gevaar
wordt gebracht.
29
27.10.15 15:22
27.10.15 15:22