• Dit apparaat kan worden ge-
bruikt door kinderen in de
leeftijd van 8 jaar en hoger
en personen met verminder-
de lichamelijke, zintuiglijke of
geestelijke mogelijkheden of
gebrek aan ervaring en ken-
nis als ze toezicht of instructie
NL
hebben gekregen betreffende
het gebruik van het toestel op
een veilige manier en begrij-
pen de gevaren. Het is ver-
boden voor kinderen om met
het toestel te spelen. Schoon-
maak en onderhoud mogen
niet door kinderen uitgevoerd
worden zonder toezicht.
• In de vaste bedrading moeten
uitschakelinrichtingen worden
opgenomen
de bedradingsvoorschriften. Er
moet een externe uitschakelin-
richting aanwezig zijn, die als
"aangewezen"
richting zal functioneren, en:
1) Het moet de "Leiding" uit-
schakelen, terwijl uitscha-
keling van de "Neutrale"
optioneel is;
2) De UIT-stand moet duide-
lijk worden aangegeven;
3) De apparatuur mag niet zo
worden geplaatst dat deze
moeilijk te bedienen is; en
4) De beveiligingsinrichting
moet ten minste 10A, 250
V, kromme type C zijn.
36
overeenkomstig
uitschakelin-
VEILIGHEID TIJDENS DE INSTALLATIE
De ventilatoren en rand apparatuur dient elektrisch
geïsoleerd te zijn en uit te staan, wanneer eraan ge-
werkt wordt.
De installateur en de eindgebruiker zijn er verant-
woordelijk voor, dat de unit door gekwalifi ceerde per-
sonen wordt geïnstalleerd, volgens de veiligheid voor-
schriften en de bestaande wetten die hiervoor gelden,
in het land waar de unit wordt geïnstalleerd.
Beschermende kleding, gehoor bescherming en be-
paalde gereedschappen zijn mogelijk vereist.
Voordat er wordt geïnstalleerd, moet u zich ervan ver-
zekeren dat de unit geschikt is voor de toepassing. De
locatie en positionering moet solide zijn
De ventilator moet goed bereikbaar zijn en voldoen-
de ruimte om zich heen hebben voor accessoires en
service. Beschermroosters trillingdempers moeten
makkelijk geplaatst kunnen worden en stickers en
type platen moeten goed zichtbaar zijn, zodat er geen
twijfel is inzake de correcte luchtrichtingen. Flexibe-
le slangen moeten correct gebruikt worden zonder
kronkels in de slang, zodat de lucht er zonder al te
veel weerstand doorheen gaat. Let hier vooral op bij
de inlaat zijde.
Verzeker u ervan dat er geen losse elementen rond of
in de unit zijn. Check het luchtkanaal hierop.
De unit moet een werkschakelaar hebben.
Voor elektrische aansluitingen volg het diagram "A" in
deze handleiding.
De ventilator is geclassifi ceerd als huishoudelijk,
met regl factor 0.65. Deze moet voldoen aan de Euro-
pese Directive 2009/125 en moet geïnstalleerd wor-
den volgens nº1253/2014 (Zie fi g. B als voorbeeld).
INBEDRIJFSTELLING
• Controleer of de spannings- en frequentiewaarden
van het stroomnet gelijk zijn aan de waarden op het
typeplaatje (maximale spanningsvariatie ± 5%).
• Controleer of de aarding, de aansluitingen aan de
klemmen, de afdichtingen in de kabelingangen cor-
rect zijn uitgevoerd.
• In overeenstemming met de machinerichtlijn
89/392/EU, indien de ventilator toegankelijk is voor
de gebruiker en er sprake is van een gezondheids-
risico, moeten de nodige beveiligingen worden ge-
installeerd (zie S&P-catalogus).
• Controleer of de bewegende delen vrij kunnen be-
wegen.
• Controleer dat er geen overblijvende montagema-
terialen of vreemde voorwerpen kunnen worden
opgezogen door de ventilator of zich in de buurt of
in de leidingen van de ventilator bevinden.
• Controleer of alle steunen goed zijn bevestigd en
niet beschadigd.
• Bescherm het werkgebied en zet de motor aan.