7. Storingsmeldingen
7.1 Signalering van een voedingsstoring
Melder die de batterij-
resp. netvoedingstoring
heeft gedetecteerd
Knippert 2 x om de 5 sec.
2 signalen kort na elkaar
met tussenpozen
van 60 sec.
Als de verzorgingsspanning uitvalt, wordt de melder gedurende minimaal 72 uur van stroom
voorzien door de ingebouwde batterij. Als de onderbreking van de spanningsverzorging langer
dan 1 uur duurt, wordt een batterij- resp. netvoedingsstoring aangegeven.
Als het geluidssignaal voor het melden van een storing in de verzorgingsspanning zich op
een ongelegen moment voordoet, kunt u het 8 uur onderdrukken door op de
gebruikerstoets van de melder met de storing te drukken totdat u de eerste pieptoon hoort.
Als het niet om een algemene netvoedingsstoring gaat, moet u direct uw installateur op de
hoogte brengen.
7.2 Vuile detectiekop
Melder waarvan de detectiekop vuil is
Knippert 8 x om de 8 sec.
8 signalen kort na elkaar met tussenpozen van 60 sec.
Als het geluidssignaal voor de foutmelding "Detectiekop vuil" zich op een ongelegen moment
voordoet, kunt u het 8 uur uitstellen voor een maximale duur van 7 dagen door op de
gebruikerstoets van de melder met de storing te drukken totdat u de eerste pieptoon hoort.
Stel direct uw installateur op de hoogte.
Overige draadloos
gekoppelde melders
(alleen bij direct radiocontact)
Knippert 1 x om de 5 sec.
1 signaal met tussenpozen
van 60 sec.
55