REINIGING EN ONDERHOUD
Koppel het apparaat altijd los tijdens het reinigen en bij het uitvoeren van onderhoudswerkzaamheden. Gebruik geen brandbare vloeistof-
DE AFWASMACHINE SCHOONMAKEN
Alle aanslag op de binnenkant van het apparaat kun-
nen worden verwijderd met een doek die is bevochti-
gd met water en een beetje azijn.
De externe oppervlakken van de machine en het be-
dieningspaneel kunnen met een niet-schurende doek,
bevochtigd met water worden gereinigd.
Gebruik geen oplosmiddelen of schuurmiddelen.
.....................................................................................................................................................................................
VOORKOMEN VAN ONAANGENAME GEUREN
Always keep the door of the appliance ajar in order to avoid moisture
from forming and being trapped inside the machine.
Clean the seals around the door and detergent dispensers regularly
using a damp sponge. This will avoid food becoming trapped in the se-
als, which is the main cause behind the formation of unpleasant odours.
.....................................................................................................................................................................................
DE TOEVOERSLANG REINIGEN
Als de waterslangen nieuw zijn of een langere periode niet zijn gebruikt
laat dan, voordat de benodigde aansluitingen worden uitgevoerd, het
water lopen, om ervoor te zorgen het helder is en vrij van onzuiverhe-
den. Als deze voorzorgsmaatregel niet wordt genomen kan de wate-
rinlaat geblokkeerd worden en kan de afwasmachine beschadigd raken.
HET FILTERSYSTEEM REINIGEN
Reinig het filtersysteem regelmatig, zodat de filters niet verstoppen en
het afvalwater correct weg stroomt.
Het gebruik van vaatwasmachines met verstopte filters of vreemde vo-
orwerpen in het filtersysteem of de sproeiarmen kan de slechte wer-
king ervan en bijgevolg lagere prestaties, lawaai of een hoger verbruik
van hulpbronnen veroorzaken.
Het filtersysteem bestaat uit drie filters die voedselresten uit het
afwaswater verwijderen en vervolgens het water opnieuw laten cir-
culeren.
De afwasmachine mag niet worden gebruikt zonder filters of als
het filter is losgeraakt.
Controleer tenminste eens per maand of na elke 30 cyclussen het fil-
tersysteem en reinig het eventueel grondig onder stromend water, met
een niet-metalen borstel en volgens de onderstaande instructies:
1. Draai het cilindrische filter A linksom en trek het uit (Afb. 1).
2. Verwijder het houderfilter B door licht op de zijkleppen te drukken
(Afb. 2).
3. Schuif de roestvrij stalen plaat filter C er uit (Afb. 3).
4. Als u vreemde voorwerpen vindt (gebroken glas, porselein, beende-
ren, zaden van vruchten, enz.), verwijdert u ze zorgvuldig.
5. Inspecteer de sifon en verwijder eventuele voedselresten. VERWIJ-
DER NOOIT de pompbescherming van het wasprogramma (zwart
detail) (Afb. 4)
DE SPROEIERARMEN REINIGEN
Af en toe kunnen er voedselresten
op de sproeierarmen vastzitten en
worden de openingen voor het
water sproeien geblokkeerd. Het is
daarom raadzaam dat u de armen
van tijd tot tijd controleert en ze
met een kleine niet-metalen borstel
schoonmaakt.
Voor het verwijderen van de boven-
ste sproeierarm de kunststof bor-
gring linksom draaien. De bovenste
fen om de machine schoon te maken.
DE WATERTOEVOERSLANG CONTROLEREN
Controleer de toevoerslang regelmatig op barsten of scheuren.
Als deze beschadigd is vervangen door een nieuwe slang, te verkrij-
gen via onze Consumentenservice of uw gespecialiseerde dealer.
Afhankelijk van het type slang:
Als de toevoerslang een doorzichtige coating heeft, regelmatig con-
troleren of de kleur plaatselijk wordt geïntensiveerd. Zo ja, is de slang
wellicht lek en moet worden vervangen.
Voor waterstopslangen: controleer het kleine veiligheidsklepinspec-
tievenster (zie pijl). Als het rood is werd de waterstopfunctie in gang
gezet en moet de slang door een nieuwe worden vervangen.
Om deze slang los te schroeven op de ontspanknop drukken, terwijl
de slang wordt losgeschroefd.
1
3
Na het schoonmaken van het filter het filtersysteem opnieuw plaatsen
en goed op zijn plaats zetten; dit is essentieel voor het behoud van de
efficiënte werking van de afwasmachine.
sproeierarm moet worden vervangen, zodat de zijde met het grotere
aantal openingen naar boven is gericht.
De onderste sproeierarm kan worden
verwijderd door het omhoog te trekken.
A
C
NL
2
B
A
4
65