Opmerkingen bij/voor het
gebruik
Na het inschakelen kan het een aantal
■
uren duren voordat de ingestelde
temperaturen zijn bereikt.
Door het volledig automatische No
■
Frost systeem blijft de vriesruimte
ijsvrij. Ontdooien is overbodig.
Als de deur na het sluiten niet direct
■
weer geopend kan worden, dient u
even te wachten tot de ontstane
onderdruk is opgeheven.
De voorzijden en zijwanden van de
■
behuizing worden deels licht
verwarmd. Dit voorkomt vorming van
condenswater.
Instellen van
de temperatuur
Afb. "
Koelruimte
De temperatuur is instelbaar van
+2 °C tot +8 °C.
1. Met de koelruimte-keuzetoets 1 de
koelruimte kiezen.
2. Met de insteltoets voor de temperatuur
5 de gewenste koelruimtetemperatuur
instellen.
Aanwijzing
Om de gekozen temperatuur te bereiken,
opent u de ventilatieopeningen voor 1/3,
afb. &.
Diepvriesruimte
De temperatuur is instelbaar van -16 °C
tot -24 °C.
1. Met de vriesruimte-keuzetoets 2 de
vriesruimte kiezen.
2. Met de insteltoets voor de temperatuur
5 de gewenste vriesruimtetemperatuur
instellen.
Speciale functies
Afb. "
eco-functie
Met de functie „eco" schakelt u het
apparaat op energiebesparend gebruik
om.
1. Selecteer de koelruimte of de
diepvriesruimte met behulp van de
keuzetoetsen.
2. Druk meermaals op + tot de indicatie
"eco" brandt.
Het apparaat stelt automatisch de
volgende temperaturen in:
Koelruimte: +8 °C
■
Diepvriesruimte: -16 °C
■
nl
77