GELUID GESTUURD
Met deze modus kunt u een enkele apparaat of meerdere apparaten aan elkaar koppelen om de effecten muziek gestuurd te
laten werken.
1. Druk op de MENU toets tot "F.xxx" wordt weergegeven.
2. Kies "F.001-F0.10"
2. Het effect reageert nu op de muziek.
IR AFSTANDSBEDIENING
De IR afstandsbediening geeft u de controle over verschillende functies (zie hieronder). Om het apparaat te bedienen, moet u
de afstandsbediening naar voorzijde van apparaat richten en het maximale bereik is.
Opmerking: In afstandsbediening mode moet u het menu ingesteld zijn op d001.
POWER - Druk op deze toets om het apparaat aan te zetten.
FULL ON - Druk op deze toets om de verlichting volledig aan te zetten.
FADE/GOBO - Geen functie
"DIMMER +" en "DIMMER -" - Druk op deze toets om lichtintensiteit te verhogen (+) of te
verlagen (-) (25%~50%~75%~100%).
STROBE - Druk op deze toets om de stroboscoop functie te activeren. De stroboscoop snelheid
kunt u regelen door meerdere keren op deze toets te drukken. Druk eenmaal op de toets voor
de hoogste snelheid. Druk tweemaal op de toets voor middelmatige snelheid, druk driemaal op
de toets voor laagste snelheid. Bij vier keer drukken schakelt de stroboscoop functie uit.
COLOR - Geen functie
1-9 - Geen functie
SOUND ON & OFF - Druk op deze toets om geluid gestuurde modus te activeren of deactiveren.
SHOW - Geen functie
ONDERHOUD
Het reinigen van inwendige en uitwendige optische lenzen en / of spiegels moet regelmatig worden uitgevoerd om de
lichtopbrengst te optimaliseren. Reinigingsfrequentie is afhankelijk van de omgeving waarin het armatuur wordt gebruikt: een
klamme, rokerige of bijzonder vuile omgeving kan een grotere opeenhoping van vuil veroorzaken op de optische uitrusting.
•
Zorg er voor dat gedurende het onderhoud zich geen individuen bevinden onder het apparaat.
•
Schakel het apparaat uit, trek de stekker uit het stopcontact en wacht tot het apparaat is afgekoeld.
•
Behuizing, bevestiging en installaties (plafond, truss, ophanging) moeten van deugdelijke aard zijn.
•
Het netsnoer mag niet beschadigd zijn en moet direct vervangen worden, ook bij kleine defecten.
•
Om het apparaat te beschermen tegen oververhitting dienen ventilatoren en ventilatie openingen iedere maand
gereinigd te worden.
•
De lens en spiegels dienen periodiek gereinigd te worden. Deze periode is afhankelijk van de aanwezige viezigheid.
•
Alleen reinigen met een droge doek, gebruik geen reinigingsmiddelen.
•
Modificaties door de fabrikant worden zonder u op de hoogte te brengen doorgevoerd.
LET OP: Wij adviseren u het reinigen en servicen van het apparaat uit te laten voeren
door een vakbekwaam persoon.
9