• U mag nooit etenswaren die reeds werden ontdooid opnieuw invriezen. Het kan een
gevaar inhouden voor uw gezondheid omdat het problemen kan veroorzaken zoals
voedselvergiftiging.
• Deksel de koelkast en/of bovenzijde van de koelkast nooit af met een doek, tafelkleed,
etc. Dit zal de prestatie van de koelkast negatief beïnvloeden.
• Zorg ervoor dat de accessoires in het apparaat veilig vastzitten om schade te vermijden
tijdens de verplaatsing.
Inschakelen van het Apparaat
• Wacht na installatie ten minste 3 uur voordat u het apparaat
inschakelt. Het koelcircuit moet zich eerst stabiliseren alvorens
het apparaat efficiënt kan werken.
• Maak voor ingebruikname het apparaat schoon; vooral het
interieur. (Zie Schoonmaken en Onderhoud).
• Het installeren en elektrisch aansluiten moet worden uitgevoerd door een gekwalificeerd
technicus, in overeenstemming met de installatievoorschriften en de plaatselijke
reguleringen.
• Hoe het apparaat in het keukenmeubel moet worden geplaatst staat beschreven in het
Installatie Voorschrift.
• Het apparaat moet worden aangesloten op een deugdelijk
geïnstalleerd geaarde wandcontactdoos. Het voltage (AC) moet
overeenkomen met het op het typeplaatje van het apparaat
genoemde voltage. Het typeplaatje bevindt zich op de linker
zijwand van het apparaat.
• Er kan sprake zijn van een vreemd luchtje als u het apparaat de
eerste keer inschakelt. Dit verdwijnt als het apparaat gaat koelen.
• Om te vermijden dat de condensator (het zwarte component met
vinnen op de achterzijde) in aanraking zou komen met de mud
moet u de plastic afstandsgeleider gebruiken om het apparaat 90°
op zijn plaats te draaien.
• Voor u uw koelkast in gebruik neemt, moet u alle onderdelen
afnemen met warm water waar u een theelepel soda aan toevoegt.
Daarna moet u ze afspoelen met schoon water en afdrogen. Aan het
einde van dit schoonmaakproces brengt u alle onderdelen opnieuw
aan.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade die ontstaan is door een ontbrekende
aarding van de elektrische installatie.
NL - 93 -