Anleitung_GE_PM_51_VS_BS_SPK7__ 11.09.12 10:53 Seite 89
8.1 Reiniging
Het is aan te raden de maaier na elk gebruik grondig
schoon te maken. Vooral de onderkant en de
meskooi.
Aanwijzing: Voordat u de gazonmaaier naar de
verticale schoonmaakpositie kantelt moet u de
brandstoftank volledig leegmaken m.b.v. een
benzinezuigpomp.
De maaier mag niet met meer dan 90 graden worden
gekanteld.
Verticale schoonmaakpositie (fig. 17-19)
LET OP! Voordat u de maaier naar de verticale
schoonmaakpositie brengt moet u de motor afzetten
en de bougiestekker aftrekken.
LET OP! Plaats de maaier enkel op een vaste effen
ondergrond.
1. Open de snelspanhendel (pos. 15).
2. Duw de onderste schuifbeugel uiteen en klap de
schuifbeugel omhoog (fig. 18).
3. Zet de maaier in zijn verticale schoonmaakpositie
(fig. 19). De schuifbeugel ligt op de grond.
4. Maak de onderkant van de maaier schoon d.m.v.
het reinigingsschraapgereedschap (fig. 2, pos.
18).
LET OP! Scherpe messen! Draag bij het
schoonmaken handschoenen.
Vuil en gras verwijdert u best onmiddellijk na het gras
afrijden. Vastgekoekte grasresten en vuil kunnen het
maaien moeilijker maken. Controleer of de
grasuitwerpkoker vrij is van grasresten en verwijder
die indien nodig. Maak de maaier nooit met een
waterstraal of hogedrukreiniger schoon. De motor
moet droog blijven. Agressieve reinigingsmiddelen
zoals koude reinigers of wasbenzine mogen niet
worden gebruikt.
LET OP!
Laat de maaier enkel zo lang als nodig is in zijn
n
verticale schoonmaakpositie omdat aan deze
stand een aanzienlijk letselrisico verbonden is.
Laat de maaier nooit onbeheerd achter.
n
Hou kinderen weg.
n
8.2 Onderhoud
Let op: Voor onderhoudsinformatie en
onderhoudsintervallen betreffende de motor
wordt verwezen naar de bijgaande
motorhandleiding van Briggs & Stratton.
Vervuild onderhoudsmateriaal, oliën, vetten enz. dient
u naar een inzamelplaats te brengen die daarvoor is
voorzien.
8.2.1 Wielassen en wielnaven
Moeten eenmaal per seizoen lichtjes worden ingevet.
Daarvoor neemt u de wielkappen met een
schroevendraaier af en maakt u de
bevestigingsschroeven van de wielen los.
8.2.2. Mes
Laat het mes om veiligheidsredenen enkel door een
geautoriseerde vakwerkplaats slijpen, uitbalanceren
en monteren. Om een optimaal werkresultaat te
bereiken is het aan te bevelen het mes eenmaal
jaarlijks te laten controleren.
Vervangen van het mes (fig. 20)
Bij het vervangen van het snijgereedschap mogen
enkel originele wisselstukken worden gebruikt. De
kenmerking van het mes moet overeenstemmen met
het nummer opgegeven in de wisselstukkenlijst.
Nooit een ander mes monteren.
Beschadigde messen
Mocht het mes ondanks alle voorzichtigheid in
contact komen met een hindernis, onmiddellijk de
motor afzetten en de stekker van de
ontstekingskabel aftrekken. Maaier opzij kantelen en
mes op beschadiging controleren. Beschadigde of
kromgebogen messen moeten worden vervangen.
Nooit een kromgebogen mes weer rechtbuigen.
Nooit met een kromgebogen of flink versleten mes
werken, want dat veroorzaakt trillingen en kan
verdere beschadigingen van de maaier tot gevolg
hebben.
Let op: Er bestaat lichamelijk gevaar als met een
beschadigd mes wordt gewerkt.
Mes bijslijpen
De meskanten kunnen met een metaalvijl worden
bijgeslepen. Om onbalans te voorkomen dient het
slijpen enkel door een geautoriseerde vakwerkplaats
te worden uitgevoerd.
8.2.3 Onderhoud en afstelling van de trekkabels
De trekkabels vrij vaak oliën en controleren of ze
gemakkelijk bewegen.
NL
89