Télécharger Imprimer la page

GRAPHITE 58G041 Mode D'emploi page 80

Publicité

1. Lees de gebruiksaanwijzing, volg de waarschuwingen en
veiligheidsaanwijzingen op!
2. Neem de accu uit het toestel weg voordat met enige regel- of
reinigingswerkzaamheden te beginnen.
3. Bescherm het toestel tegen vocht.
4. Accucellen niet in het vuur werpen.
5. Ze vormen een bedreiging voor het watermilieu.
6. Recyclage.
7. Voor binnengebruik
8. Richt de straal nooit in de richting van mensen, dieren of
installaties onder spanning.
9. Laat kinderen niet in de buurt van het gereedschap komen.
10. Voordat met de reparatie te beginnen, onderbreek de
verbinding met de oplader.
11. Maximale toegestane temperatuur van de cellen.
12. Tweede veiligheidsklasse.
13. Gebruik persoonlijke beschermingsmiddelen (oog- en
gehoorbescherming).
14. Gebruik veiligheidshandschoenen.
OPBOUW EN BESTEMMING
De compressor is een compact, draagbaar toestel gevoed door een
accu, waardoor het op een willekeurige plek gebruikt kan worden.
Het toestel wordt door een motor met constante stroom die de
compressor dreeft aan. Het toestel wordt van een verlicht digitale
manometer, verlichting (LED diode), automatisch uitzetten na het
bereiken van de doeldruk en de functie van het opslaan van de
laatste druk gekozen voor het uitzetten van het toestel voorzien.
De compressor is bestemd voor het pompen van zulke voorwerpen
als autobanden, fietsbanden, grasmaaierbanden, sporttoestellen,
luchtbedden, strandspeelgoed en andere opblaasvoorwerpen. De
compressor is niet bestemd voor het opblazen van voorwerpen van
grote volumes, zoals rubberen pontons en grote luchtbedden.
Gebruik het toestel voor het vullen van luchtbakken niet als
luchttoetsel of voor het spuiten van chemische stoffen.
BESCHRIJVING VAN GRAFISCHE PAGINA'S
De onderstaande nummering heeft betrekking op de elementen
van het toestel weergegeven op de grafische pagina's van deze
gebruiksaanwijzing.
1. Bevestigende moer
2. Hoofdschakelaar
3. Verlichting
4. Displayindicatie
5. Knop "+"
6. Knop aan/uit op het display
7. Knop "-"
8. Knop van de bevestiging van de accu
9. Accu
10. Oplader
11. LED diodes
12. Knop van de INDICATIE VAN DE OPLAADSTATUS VAN DE
ACCU
13. Indicatie van de oplaadstatus van de accu (LED diode).
14. Drukluchtslang
15. Adapter van de drukluchtslang
* Er kunnen verschillen tussen de afbeelding en het product
optreden.
OMSCHRIJVING VAN DE GEBRUIKTE GRAFISCHE TEKENS
WAARSCHUWING
UITRUSTING EN ACCESSOIRES
1. Drukluchtslang
2. Diverse eindstukken voor het pompen - 6 st.
WERKVOORBEREIDING
ACCU PLAATSEN / VERWIJDEREN
Druk op de bevestigingsknoppen van de accu (9) en trek de accu (8)
naar beneden (afb. A).
Plaats de opgeladen accu (9) in de bevestiging van de accu in het
handvat, zodat de knoppen van de blokkade een geluid geven (8).
ACCU OPLADEN
Het toestel wordt tezamen met gedeeltelijk opgeladen accu
geleverd. Het opladen van de accu dient in de temperatuur tussen
4
0
C - 40
0
C te gebeuren. Een nieuw accu of een door een langere
periode
niet
gebruikte
aandrijvingsvermogen na ong. 3 - 5 oplaadbeurten bereiken.
• Verwijder de accu (9) uit het toestel (afb. A).
• Steek de oplader in het stopcontact (230 V AC).
• Sluit het laadstation (9) op de oplader (10) aan (afb. B).
Controleer of de accu correct geplaatst werd (tot het einde
ingeschoven).
Na aansluiting van de oplader op het netwerk (230 V AC) gaat de
groene diode (11) op de oplader branden, wat het aansluiten van
de spanning weergeeft.
Na het plaatsen van de accu (9) in de oplader (10) gaat de rode
diode (11) op de oplader branden, wat het opladen van de accu
weergeeft.
Tegelijkertijd gaan de groene diodes (13) van de indicatie van de
oplaadstatus met een pulslicht in verschillende combnaties branden
(zie eronder).
• Pulslicht van alle diodes - de accu is leeg en moet worden
opgeladen.
• Pulslicht van 2 diode's - accu is gedeeltelijk leeg.
• Pulslicht van 1 diode - accu is bijn volgeladen.
Als de accu vol is, gaat de diode (11) op de oplader met een groen
licht branden en alle diodes van de indicatie van de oplaadstatus
van de accu (13) gaan met een constant licht branden. Na een
bepaalde tijd (ong. 15 sec.) gaan de diodes van de oplaadstatus van
de accu (13) dimmen.
De accu mag niet langer dan 8 uur worden opgeladen. De
overschrijding van deze tijd kan een beschadiging van de cellen
van de accu als gevolg hebben. Na het volladen van de accu
gaat de oplader niet automatisch uit. De groene diode op de
oplader gaat steeds branden. De diodes van de indicatie van de
oplaadstatus van de accu gaan na een bepaalde tijd dimmen.
Voordat de accu uit de oplader weg te nemen, onderbreek de
verbinding met de spanning. Vermijd korte, opeenvolgende
oplaadbeurten. Laad de accu's niet bij na een kort gebruik van
het toestel. Een aanzienlijke verkorting van de tijd tussen de
nodige oplaadbeurten houdt in dat de accu verbruikt en
uitgewisseld dient te worden.
Tijdens het oplaadproces raken de accu's heet. Begin nooit met
het werk als de accu pas opgeladen werd wacht totdat de accu
tot de kamertemperatuur afkoelt. Op die manier kunnen de
beschadigingen van de accu worden voorkomen.
79
1 st.
accu
gaat
de
volledige

Publicité

loading