Italiano
E' all'inizio degli anni '30, dopo l'abolizione dei tramvai di Parigi e della sua periferia, che vennero costruiti i primi autobus della
serie «TN». Il progresso realizzato dall'industria automobilistica, con particolare riferimento al settore dei pneumatici, permisero la
realizzazione di autobus con 50 e più posti.
Gli autobus della serie «TN» ricevevano motori a 4 cilindri da 58 CV per i TN.4, e motori da 6 cilindri da 94 CV per i TN.6. La vocazione dei
TN.4 era rappresentata dal collegamento delle linee piccole e medie, su terreni piani, mentre quella dei TN.6, con motore più potente,
era rappresentate da lunghi percorsi in periferia e da linee a forte pendio, come Montmartre, Ménilmontant o Belleville.
I TN.6A e i TN.6C erano fisicamente identici, e la sola differenza stava nelle ruote. I TN.6A infatti, avevano cerchioni a disco pieno,
mentre i TN.6C aveva cerchioni smontabili, detti d'artiglieria. La malleabilità dei TN.6C era leggendaria presso i macchinisti.
Durante la guerra gli autobus furono muniti di sistemi gasogeni, sia Imber, sia Gohin-Panard. Dopo la guerra la principale modifica che
ritroviamo sui TN.6 fu l'allestimento dell'abitacolo del macchinista per dargli un minimo di conforto durante i mesi invernali.
La sostituzione degli autobus «TN» iniziò nel 1960 e l'ultimo esemplare venne tolto dalla circolazione nel 1969, 38 anni dopo la messa
in circolazione dei primi modelli.
Lunghezza x Altezza
Interasse
Peso massimo
Cambio
Frizione
Freni
Ruote
Raggio di sterzata
Motore a benzina
Potenza
Accensione
Motore diesel
Potenza
Velocità
Numero di veicoli in servizio nel 1935
Nederlands
In het begin van de jaren '30, na het opheffen van de tramlijnen in Parijs en haar voorsteden, werden de eerste bussen van de "TN" serie
gebouwd. Dankzij de vooruitgang van de automobielindustrie, met name op het gebied van luchtbanden, konden er bussen ontworpen worden
met vijftig zitplaatsen en meer.
De TN.4 bussen van de "TN" serie werden voorzien van een 4-cilinder motor van 58 PK, terwijl de TN.6 modellen uitgevoerd werden met een
6-cilinder motor van 94 PK. De TN.4 modellen waren bestemd voor de korte en middellange verbindingen op vlak terrein, terwijl de TN.6 bussen
met hun sterkere motor ingezet werden voor de langere trajecten naar de voorsteden en de wijken met steile hellingen, zoals Montmartre,
Ménilmontant of Belleville.
De TN.6A en de TN.6C waren technisch hetzelfde, maar kenmerkten zich door verschillende wielen. De TN.6A modellen waren voorzien van volle
velgen, terwijl de TN.6 modellen demonteerbare velgen hadden, die "artillerie-velgen" genoemd werden. De legendarische wendbaarheid van
de TN.6C werd zeer op prijs gesteld door de buschauffeurs.
Tijdens de oorlog werden de bussen uitgerust met een gasgenerator, van het merk Imber of Gohin-Panhard. Na de oorlog bestond de
belangrijkste verandering van de TN.6 bussen uit het aanbrengen van een "vestibule" bij de chauffeurscabine, zodat deze het tijdens de
wintermaanden behaaglijker had.
In 1960 werd een aanvang genomen met de vervanging van de "TN" bussen, waarvan het laatste model in 1969 uit de dienst werd genomen,
ofwel 38 jaar nadat de eerste modellen door de Parijse straten reden.
Lengte x Hoogte
Wielbasis
Maximum gewicht
Versnellingsbak
Koppeling
Remmen
Wielen
Draaicirkel
Benzinemotor
Vermogen
Ontsteking
Dieselmotor
Vermogen
Snelheid
Aantal voertuigen in dienst in 1935
4
9,50 x 2,95 m
5,05 m
10350 kg
4 marce a ingranaggi elicoidali
Bidisco a secco in ferodo
Meccanica assistita dal servofreno
Artigliate" con pneumatici 270 x 20
10 m
Renault 6 cilindri a testata riportata
67 CV
Voltex (Magnéto o Delco)
Hispano 6 cilindri DWXLD "Hercules"
94 CV
Diesel: 55 km/h - Benzina: 45 km/h
1020 TN
9,50 x 2,95 m
5,05 m
10350 kg
4 versnellingen met helicoïdale tandwielen
Twee droge platen met remvoering
Mechanisch met ondersteuning van servorem
"Artillerie" met 270 x 20 banden
10 m
Renault 6 cilinders met aangezette cilinderkop
67 PK
Via voltex (ontstekingsmagneet of -verdeler)
Hispano 6 cilinders DWXLD "Hercules" type
94 PK
Diesel: 55 km/u—Benzine: 45 km/u
1020 TN