5 Reinigen en onderhoud
5.1 Reiniging
WAARSCHUWING:
A
nooit benzine, oplosmiddelen of
schuurmiddelen, metalen voorwer-
pen of harde borstels om het apparaat
schoon te maken.
B
WAARSCHUWING: Dompel het
apparaat nooit in water of een andere
vloeistof.
1. Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit
het stopcontact.
2. Laat het apparaat volledig afkoelen.
3. Houd de binnenkant van de oven schoon. Veeg
gespat voedsel of gemorste vloeistof die aan de
wanden van de oven plakken af met een vochti-
ge doek. Als de oven erg vuil wordt, kunt u een
mild schoonmaakmiddel gebruiken. Voorkom het
gebruik van sprays en andere bijtende schoon-
maakmiddelen. Deze kunnen vlekken, sporen en
matheid op het deuroppervlak veroorzaken.
4. De buitenkant van de oven moet worden gerei-
nigd met een vochtige doek. Laat geen water in
de ventilatieopeningen lopen om te voorkomen
dat de werkende delen van de oven beschadigd
raken.
5. Veeg beide zijden van de deur en het glas, deur-
rubbers en delen dichtbij de rubbers regelma-
tig met een vochtige doek om de gemorste en
gespatte vlekken te verwijderen. Gebruik geen
schurende schoonmaakmiddelen.
6. Laat het bedieningspaneel niet nat worden.
Reinig met een vochtige, zachte doek. Laat de
deur van de oven open om te voorkomen dat de
oven per ongeluk in werking treedt tijdens het
schoonmaken van het bedieningspaneel.
7. Veeg eventueel ontstane stoom in en om de
ovendeur af met een zachte doek. Dit kan voor-
komen als de magnetron wordt gebruikt onder
omstandigheden met een hoge luchtvochtig-
heid. Dit is normaal.
90 / NL
8. In sommige gevallen moet u de glazen schaal
verwijderen om deze te reinigen. Was de
Gebruik
schaal met warm sop of in de vaatwasmachine.
9. De rolring en bodem van de oven moeten
regelmatig worden gereinigd om overmatig
lawaai te voorkomen.
10. Het is voldoende om de bodem van de oven te
reinigen met een mild schoonmaakmiddel. De
rolring kan worden gewassen met sop of in de
vaatwasmachine. Als u de rolring uit de bodem
van de oven verwijderd om deze te reinigen,
zorg er dan voor dat u deze op de juiste positie
terugplaatst.
11. Voor verwijdering van slechte geuren in
uw oven zet u een glas water met het sap
en de schil van een citroen in een diepe
magnetronbestendige schaal en laat u de oven
gedurende 5 minuten op de magnetronstand
werken. Veeg grondig af en droog dan met
een zachte doek.
12. Neem contact op met de erkende servicedienst
als de ovenlamp vervangen dient te worden.
13. De oven moet regelmatig worden gereinigd
en enige voedselresten moeten worden
verwijderd. Indien de oven niet schoon wordt
gehouden kan dit defecten in het oppervlak
veroorzaken die de levensduur van het
apparaat negatief kunnen beïnvloeden en dat
kan risico´s met zich meebrengen.
14. Gooi dit apparaat niet weg met het
huishoudelijk afval; oude ovens moeten
worden afgevoerd door speciale afvalcentra
die door de gemeenten zijn aangesteld.
15. Als de magnetron wordt gebruikt met de
grillfunctie kan er een kleine hoeveelheid
rook en geur ontstaan, die na kort gebruik zal
verdwijnen.
Magnetronoven / Gebruikershandleiding