Power Dynamics PDM-D301 Manuel D'instructions page 8

BEDIENING
WAARSCHUWING: Langdurige blootstelling aan hoge volumes kan het gehoor beschadigen! Het
gehoor raakt gewend aan hoge volumes die na een tijdje niet meer zo hoog lijken. Verhoog daarom
niet telkens het volume, nadat u er gewend aan bent geraakt.
1. Selecteer met de toets LINE/USB (13), welk ingangssignaal u aan het kanaal LINE/USB toewijst.
Opmerking: Let bij opnames via de USB-aansluiting op het gevaar van feedback, wanneer het opnamesignaal van de
computer aan het kanaal LINE/USB als ingangssignaal toegewezen wordt.
2. Voor de basisinstelling dient u eerst:
– LEVEL (19, 20) volledig terugdraaien.
– HIGH, LOW (14, 16), PAN (15) en BAL (17) in de middelste stand te schuiven.
– GAIN (12) en MASTER (23) tot in de middelste stand opendraaien.
Stuur een geluidssignaal naar kanaal 1. Draai de LEVEL-regelaar (19) zover open dat het signaal goed hoorbaar is en de klank
met de regelaars HIGH en LOW (14) ingesteld kan worden. Als u de LEVEL-regelaar te ver moet draaien, verhoogt u de
ingangsversterking door aan de GAIN-regelaar (12) te draaien. Zodra, de LED PEAK (18) oplicht voor langere periode, moet u
de GAIN terugdraaien. De LED PEAK mag alleen zo af en toe kortstondig oplichten.
Draai de LEVEL-regelaar van kanaal 1 opnieuw volledig terug, stuur een geluidssignaal naar kanaal LINE/USB en draai de
LEVEL-regelaar (20) zo ver open dat de klank met de regelaars HIGH en LOW (16) ingesteld kan worden.
3. Na de basisinstelling kunnen de signalen van kanaal 1 en LINE/USB met de LEVEL-regelaars in de gewenste
volumeverhouding gemengd of individueel in- en uitgemengd worden. Als er een kanaal niet gebruikt wordt, draait u de
LEVEL-regelaar ervan volledig dicht.
4. Voor kanaal 1, gebruik de PAN-regelaar (15) om het mono signaal in het stereoklankbeeld te krijgen. Voor kanaal
LINE/USB stelt u met de BAL-regelaar (17) de balans van het stereosignaal in.
5. Om het signaal van de TAPE-ingang (5) aan het gemengde signaal toe te voegen, drukt u op de toets TAPE TO MAIN
(11).
Opmerking: Als er een opname die via de MASTER-uitgang (6) gaat, tegelijk via de uitgang TAPE IN teruggevoerd wordt, mag
de toets TAPE TO MAIN niet ingedrukt zijn, omdat er zich anders een feedback voordoet.
6. Stel met de MASTER-regelaar (23) het niveau in voor het uitgangssignaal, dat via de MASTER-uitgang (6) en de USB-
poort (1) uitgevoerd wordt. Bij oversturen zal de CLIP (22) oplichten, draai dan LEVEL-regelaar (19, 20) terug. Om de
CLIP LED op te lichten mag de toets TAPE TO MAIN/MONITOR (11) niet ingedrukt zijn.
7. Selecteer met de toets
CLIP (22) zal oplichten aan de hand van geselecteerde beluisteringsfunctie. Stel het volume in met de MONITOR-
regelaar (21).
TAPE TO MAIN/MONITOR (11) om het audiosignaal aan de MONITOR (8) toe te wijzen. De
8