▶ Bij externe inductieve invloeden (bijv. van fotovoltaïsche in-
stallaties) kabel afgeschermd afvoeren (bijv. LiYCY) en af-
scherming eenzijdig aarden. Sluit de afscherming niet aan
op de aansluitklem voor de randaarde in de module, maar op
de huisaarde, bijvoorbeeld vrije randaardeklem of waterlei-
ding.
Installeer slechts één temperatuursensor T0
per installatie. Wanneer meerdere modules
aanwezig zijn, is de module voor de aansluiting
van de temperatuursensor T0 vrij selecteer-
baar.
Gebruik is alleen in installaties met bedienings-
eenheid RC300 mogelijk.
Gebruik bij verlenging van de sensorkabel de volgende aderdi-
ameters:
• Tot 20 m met 0,75 mm
• 20 m tot 100 m met 1,50 mm
3.2.2 Aansluiting netspanning, pomp en mengkraan (net-
spanningszijde)
▶ Gebruik alleen elektriciteitskabels van dezelfde kwaliteit.
▶ Let erop dat de fasen van de netaansluiting correct worden
geïnstalleerd.
Netaansluiting via een stekker met randaarde is niet toege-
staan.
▶ Sluit op de uitgangen alleen BUS-deelnemers aan conform
hoofdstuk 3.2.3. Sluit geen extra besturingen aan, die an-
dere installatiedelen aansturen.
Het maximale opgenomen vermogen mag het
aangegeven vermogen niet overschrijden
( hoofdstuk 2.3, pagina 19).
▶ Wanneer de netspanning niet via de elek-
tronica van de ketel verloopt, moet lokaal
voor de onderbreking van de netspanning
over alle polen een genormeerde schei-
dingsinrichting (conform EN 60335-1)
worden geïnstalleerd.
3.2.3 Aansluitschema's met installatievoorbeelden
De hydraulische weergaven zijn slechts schematisch en zijn
een vrijblijvend voorbeeld voor een mogelijke hydraulische
schakeling.
▶ De veiligheidsvoorzieningen moeten conform de geldende
normen en lokale voorschriften worden uitgevoerd.
▶ Zie voor meer informatie en mogelijkheden de planningsdo-
cumenten of het bestek.
Logamatic MM50 – 6 720 807 434 (2013/06)
2
2
tot 1,50 mm
aderdiameter
2
aderdiameter.
Module met gemengd cv-circuit:
afb. 17, pagina 38
Module met ongemengd cv-circuit:
afb. 18, pagina 39
Module met boilerlaadcircuit met gescheiden boilerlaad-
pomp (bijv. na evenwichtsfles) en circulatiepomp:
afb. 19, pagina 40
Legenda bij afb. 17 t/m 20:
Randaarde
Temperatuur/temperatuursensor
L
Fase (netspanning)
N
N-leider
Identificatie aansluitklemmen:
230 V AC Aansluiting netspanning
BUS
Aansluiting BUS-systeem EMS plus
PC1
Aansluiting pomp (Pump Circuit)
T0
Aansluiting temperatuursensor op de evenwichtsfles
(Temperature sensor)
TC1
Aansluiting temperatuursensor cv-circuit of boiler-
temperatuursensor (Temperature sensor Circuit)
VC1
Aansluiting mengkraanmotor (Valve Circuit):
aansluitklem 43: mengkraan open (bij verwarming
warmer)
aansluitklem 44: mengkraan dicht (bij verwarming
kouder)
-of-
Aansluiting circulatiepomp in warmwatercircuit (co-
dering als in afb. 19, pagina 40)
aansluitklem 43: circulatiepomp fase
aansluitklem 44: niet bezet
Onderdelen van de installatie:
230 V AC netspanning
BUS
Bus-systeem EMS plus
HS
Ketel (Heat Source)
MM50
Module MM50
PC1
CV-pomp in het toegekende cv-circuit
-of-
boilerlaadpomp in boilerlaadcircuit, bijv. na even-
wichtsfles (codering als in afb. 19, pagina 40)
RC...
Bedieningseenheid RC300
T0
Aanvoertemperatuursensor aan de evenwichtsfles
(optie)
TC1
Aanvoertemperatuursensor in toegekende cv-circuit
of boilertemperatuursensor
VC1
Mengkraanmotor in toegekende gemengde cv-circuit
-of-
bij aansluiting op module met codering als in afb. 19,
pagina 40: circulatiepomp
Installeren
3
29