weer te laten gaan dankzij de verticale lamellen.
♦ Activeer deze functie door op de oscilleerknopte drukken
(5/f).
♦ Druk nogmaals op deze knop om de functie te deacti-
veren.
♦ De horizontale lamellen kunnen met de hand afgesteld
worden.
VENTILATIESTANDEN
♦ Dit model beschikt over drie ventilatiestanden:
♦ Normaal: De ventilator werkt continu op de geselecteer-
de snelheid.
♦ Bries: De ventilator wisselt perioden van meer en minder
vermogen af, om zo een zachte bries na te bootsen. De
grootte van de variaties hangt af van de geselecteerde
snelheid.
♦ Nacht: Wanneer de ventilator op snelheid 3 staat,
werkt hij in de stand bries op snelheid 3 gedurende
ongeveer 30 minuten, vervol-gens werkt hij in de stand
bries op snelheid 2 gedurende nog eens 30 minuten
en tenslotte in de stand bries op snelheid 1 totdat men
hem uitzet of de timer afloopt. Wanneer de ventilator op
snelheid 2 staat, werkt hij in de stand bries op snelheid 2
gedurende ongeveer 30 minuten, vervolgens werkt hij in
de stand bries op snelheid 1 totdat men hem uitzet of de
timer afloopt. Wanneer de ventilator op snelheid 1 staat,
werkt hij in de stand bries op snelheid 1 totdat men hem
uitzet of de timer afloopt.
♦ Druk op functieknop (6/c) om deze functie te activeren.
♦ Druk nogmaals op deze knop om de functie te deacti-
veren.
Na gebruik van het apparaat:
♦ Zet het apparaat uit met de aan/uit knop (1/a).
♦ Trek de stekker uit het stopcontact.
♦ Leeg en reinig het waterreservoir voordat u het opbergt.
♦ Het apparaat reinigen
HET WATERRESERVOIR BIJVULLEN /
LEGEN:
♦ Het waterreservoir (J) bevindt zich onderaan de achter-
kant van het apparaat.
♦ Zet het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcon-
tact voordat u deze handeling verricht.
♦ Haal het waterreservoir voor 1/3 naar buiten en vul het
met water.
♦ Het reservoir kan ook aan de bovenkant bijgevuld
worden. Open het deksel en vul langzaam water bij
zodat het water geabsorbeerd kan worden zonder over
Vertaald van de originele instructies
te stromen.
♦ Volg de instructies voor verwijdering van het reservoir
op om het te legen. Wacht na uitschakeling van het
apparaat tenminste 2 minuten tot het water in de buizen
en het absorberende paneel in het reservoir gelopen is.
♦ Verwijder jet waterreservoir en koppel de waterpomp los
door de twee bevestigingspinnen waarmee zij vastzit te
verdraaien. Verwijder het reservoir voorzichtig om het
te legen.
REINIGING
♦ Trek de stekker uit het stopcontact en laat het apparaat
afkoelen alvorens het te reinigen.
♦ Maak het apparaat schoon met een vochtige doek met
een paar druppels afwasmiddel en droog het daarna
goed af.
♦ Gebruik geen oplosmiddelen of producten met een zure
of basische pH zoals bleekwater, noch schuurmiddelen,
om het apparaat schoon te maken.
♦ Zorg ervoor dat er geen water of andere vloeistof
binnendringt via de ventilatie-openingen, om schade aan
de functionele delen in het inwendige van het apparaat
te voorkomen.
♦ Dompel het apparaat niet onder in water of een andere
vloeistof en houd het niet onder de kraan.
♦ Indien het apparaat niet goed schoongehouden wordt,
kan het oppervlak beschadigd en de levensduur van
het apparaat verkort worden, en kan er een gevaarlijke
situatie ontstaan.
HET LUCHTFILTER REINIGEN:
♦ Reinig het luchtfilter (I) elke 2 weken. Wanneer het
luchtfilter verstopt is met stof, zal zijn efficiëntie achteruit-
gaan.
♦ Maak het filter los door de twee borgschroeven los te
draaien. Verwijder het filter.
♦ Maak het verdampingspaneel van het luchtfilter voor-
zichtig los zodat het niet beschadigd wordt.
♦ Was het zorgvuldig met lauw water en neutrale zeep en
laat het goed drogen op een droge plek.
♦ Installeer het filter na reiniging voorzichtig.
ONDERHOUD VAN HET VERDAM-
PINGSPANEEL:
♦ Het verdampingspaneel (H) moet na ongeveer elke
1.500 gebruiksuren vervangen worden. Men kan deze
panelen aanschaffen bij de Technische Service.
♦ Zet het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcon-
NEDERLANDS
37