* Bij de permasoft versie PT-PS1000FD mag het debiet bij de latere toevoer maximaal 2 l/min bedragen
aangezien anders toenemend zouten uit het tapwater doorbreken.
** Bij een eerste vulling met PT-PS18000 resp. PT-PS18000Alu moet de latere toevoercontrole tijdelijk
worden gedeactiveerd. De meting van de geleidbaarheid wordt in dit geval pas na een debiet van 250
liter geactiveerd, aangezien anders de geïntegreerde pH- waardestabilisator de geleidingsmeting zou
beïnvloeden.
*** Bij gedeactiveerde latere toevoercontrole (display toont --) opent de magneetklep altijd gedurende
75 minuten. Dit geldt zowel voor het handmatig openen via de pijltjestoetsen, alsook bij de instelbare
tijdintervallen van 48, 96 resp. 192 h.
Het handmatig openen van de magneetklep kan steeds door het indrukken (3s) van de linkse
pijltjestoets (<) worden gedwongen. De magneetklep opent dan gedurende 20 resp.
75 minuten, sluit echter desondanks bij een parameteroverschrijding.
38
Bedieningsveld PT-FCS / PT-FCSD
Optische weergave geleidbaarheid
LF< 20 µS/cm: groen / 20 µS/cm< LF< 40 µS/cm: geel / LF> 40 µS/cm: rood
Elektronische watermeter
Restcapaciteit
gecumuleerde navulhoeveelheid
permasoft
(kan niet worden gereset)
Actueel
debiet
Type permasoft
(Capaciteit in ° GSG x l)
1000 / 5000 / 18000 /
28000
Relaisbesturing / impulsuitgang
Het toestel beschikt over een potentiaalvrije signaalkabel (open collector, 3 V/0,1 A) voor
debesturing van een relais in een GB. Het signaal wordt actief parallel met het sluiten van
de magneetklep bij het bereiken van de theoretische permasoft capaciteit, een geleidbaar-
heid van > 40 µS/cm in het navulwater of bij het overschrijden van de wekelijks toegestane
navulhoeveelheid.
Bijkomend is een impulsuitgang (open collector, 1 lmp./l; 3V/0,1 A) beschikbaar, via welke
de hoeveelheid navulwater naar een GB of een draadloze module (bijv. Ista) kan worden
overgedragen.
Instellen van de achterdruk bij PT-FCS en PT-FCSD
Om een andere achterdruk in te stellen, gaat u als volgt te werk:
1. Sluit de afsluitkogelkraan aan ingangszijde op de systeemscheider en aan
uitgangszijde op de navuleenheid.
a. Bij de PT-FCS moet erop worden gelet dat de magneetklep zich in geopende toestand
bevindt.
b. Uitgangszijde door openen van de ontluchtingskraan drukontlasten,
drukveer ontspannen.
c. Draai de verstelgreep aan de drukverminderaar naar links (-) tot aan de aanslag.
d. Sluit de ontluchtingsklep.
e. Open langzaam de afsluitkogelkraan aan ingangszijde.
f. Draai de verstelgreep naar rechts tot de manometer de gewenste waarde weergeeft.
g. Open langzaam de afsluitkogelkraan aan uitgangszijde.
Geleidbaarheid niet
Interval latere toevoer
gezuiverd water
(100-1500 µS/cm)
Geleidbaarheid
Vulwater
Max. navulhoeveelheid
per week
(10 – 190 l)
39
NL/B