9. Ingebruikname
Verwijder de kleefband van de draadkabel
1 Controleer de volgende functies voordat u start:
2 Duw de drukknop (10) omhoog, de kabel wordt
opgetild
3 Duw de drukknop omlaag, de kabel wordt omlaag
gebracht
4 Duw op de noodstopschakelaar (9). De draadka-
bel komt tot stilstand
5 Laat de noodstopschakelaar (9) los (rechtsom
draaien), De staaldraadtakel is klaar voor gebruik
Controleer of de staaldraadtakel correct is opge-
rold op de trommel en of er geen afstand is tus-
sen de slagen. (Zie afb.6)
6 Controleer de aanslagschakelaar wanneer u de
staaldraadtakel hijst, op de maximale hoogte van
de automatische stophendel (6).
7 Controleer de aanslagschakelaar wanneer u de
staaldraadtakel loslaat, op maximale takellengte.
(Schakelt automatisch uit)
Besteed aandacht aan het feit dat de lading correct
wordt bevestigd aan de haak of de extra haak.
Controleer of de draadkabel gespannen is wanneer u
de ladingen hijst.
Til de lading op bij de laagste snelheid.
Blijf altijd op een afstand wanneer u de ladingen hijst.
Laat hangende ladingen nooit onbewaakt achter.
De motor is uitgerust met een thermostaatschake-
laar.
Als deze tijdens het gebruik tot stilstand komt, moet u
wachten tot de motor is afgekoeld.
10. Elektrische aansluiting
De geïnstalleerde elektromotor is bedrijfsklaar aan-
gesloten. De aansluiting voldoet aan de relevante
VDE- en DIN-voorschriften.
De netaansluiting van de klant en het gebruikte ver-
lengsnoer moeten eveneens aan deze voorschriften
voldoen.
Defecte elektrische aansluitkabel
Bij elektrische aansluitkabels treedt vaak schade aan
de isolatie op.
Mogelijke oorzaken zijn:
• Versleten plekken, als aansluitkabels door venster-
of deuropeningen worden geleid.
• Knikken door een onvakkundige bevestiging of ge-
leiding van de aansluitkabel.
• Snijplekken omdat over de aansluitkabel is gere-
den.
• Beschadigde isolatie omdat de stekker uit het stop-
contact is getrokken.
www.scheppach.com / service@scheppach.com / +(49)-08223-4002-99 / +(49)-08223-4002-58
• Scheuren door veroudering van de isolatie.
Dergelijke defecte elektrische aansluitkabels mogen
niet worden gebruikt en zijn levensgevaarlijk als de
isolatie is beschadigd.
Controleer de elektrische aansluitkabels regelmatig
op schade. Let erop dat bij het controleren de aan-
sluitkabel niet op het elektriciteitsnet is aangesloten.
Elektrische aansluitkabels moeten aan de relevante
VDE- en DIN-voorschriften voldoen. Gebruik uitslui-
tend snoeren met dezelfde aanduiding.
Op de aansluitkabel moet de typeaanduiding vermeld
staan.
Aansluitingen en reparaties van de elektrische uitrus-
ting mogen uitsluitend door een elektromonteur wor-
den uitgevoerd.
Vermeld in geval van vragen de volgende gege-
vens:
• Stroomtype van de motor
• Gegevens van het typeplaatje van de machine
• Gegevens van het typeplaatje van de motor
11. Onderhoudsplan
LET OP! Trek de stekker uit het stopcontact.
Reinig de lier na gebruik met een doek. Houd de ven-
tilatieopeningen van de motor schoon.
Na 30 cycli (1 cyclus = 1 x omhoog en 1x omlaag):
Controleer de volledige staaldraadkabel (4). Vervang
deze in geval van schade in overeenstemming met
de specificaties (gebruik alleen originele reserveon-
derdelen).
Na 100 cycli
Controleer het netsnoer (12) en de besturingskabel
(11) op schade.
Controleer de eindschakelaar op opwaartse en neer-
waartse beweging.
Na 200 cycli
Smeer de staaldraadkabel en de geleiderol
Na 1000 cycli
Haak (7 / 14) en geleiderol (13).
Maak alle schroeven op de montagebeugel (1) en ge-
leiderol (13) vast.
Als de motor ongewone geluiden maakt, of als het
draagvermogen niet kan worden gehesen, moet het
remsysteem mogelijk worden gereviseerd.
Controleer voor uw veiligheid de noodstopscha-
kelaar (9) en de drukknoppen voor elk gebruik.
NL | 45