Bedienings- en onderhoudsvoorschriften
Mark hydraulische pijpenbuigmachines
MONTAGE
1a. 11/4", 2" en 3" machines. Het buigframe wordt met steuntjes op de grond gezet en om de
pompcylinder geschoven. Daarna wordt de U-vormige pen door de gaten gestoken. Het buigframe
zit nu in de juiste stand en onwrikbaar vast.
NL
1b. 4" machine.
- Leg de U-balk op de grond.
- Plaats het onderste frame op de U-balk.
- Plaats de 4" pomp op de U-balk en haak het onderste frame aan de pomp.
- Bevestig nu d.m.v. de 2 meegeleverde M10 bouten de U-balk aan het pomphuis.
- Plaats de hoekmallen op het onderste frame.
- Plaats het bovenste frame op de hoekmallen en haak deze aan de pomp.
2. De buigmal, passend voor de buis die gebogen moet worden, wordt op de plunjer gezet. De
hoekmallen worden d.m.v. stalen pennen in het buigframe bevestigd in de gaten die overeenkomen
met de pijpmaat. Het buigen kan dan beginnen. (Er voor zorgen, dat de stalen pennen goed
door de onderste plaat steken!) Bij het buigen van andere dan gaspijp, moet over het algemeen
een grotere afstand tussen de hoekmallen worden gekozen.
HET BUIGEN
1. De vuldop, welke doorgeboord is, dient tevens voor ontluchting. Deze dop wordt alleen bij
het transport van de buiger gesloten, maar staat tijdens het gebruik altijd iets los. Bij de types met
open buigframe is verwijderen van de gebogen pijp gemakkelijker; speciaal bij lange werkstukken
en wanneer zich in een buis meerdere bochten bevinden, zal dit een aanzienlijke tijdsbesparing
geven. Ook kan tijdens het buigen gemakkelijk de hoek worden gemeten.
2. De te buigen buis moet iets worden ingevet, vooral de grote maten. Vervolgens wordt de buis
tussen de hoekmallen en de buigmal doorgeschoven. De ontlastspindel wordt aangedraaid. Daarna
wordt door het op en neer bewegen van de handel of door het inschakelen van de motor, de
perspomp in werking gesteld, waardoor de plunjer naar voren beweegt en de buis wordt gebogen.
Dit buigen kan worden voortgezet tot de hoek die men wenst is bereikt, doch niet verder
dan de ronding van de buigmal. Er moet rekening mee worden gehouden, dat de bocht iets
terugveert. Dit is voor de verschillende buizen niet gelijk en moet dus proefondervindelijk worden
vastgesteld.
3. Zodra de bocht de juiste vorm heeft, wordt de ontlastspindel losgedraaid, waardoor de plunjer
automatisch terugloopt. Een van de hoekmallen wordt losgenomen en de bocht kan worden
verwijderd.
4. Een te ver doorgebogen bocht kan worden teruggebogen d.m.v. de strekmal. Nadat de
plunjer teruggelopen is, wordt de buis omgekeerd tegen de hoekmallen gelegd. De op de plunjer
geplaatste strekmal kan nu de bocht zover terugduwen als wordt vereist. Op de buiger 11/4" kan
een bocht van 90° niet teruggebogen worden zonder speciale voorzieningen. Hetzelfde geldt bij de
buigmachine 3", voor de pijpen 21/2" en 3", voor de buigmachine 4", voor de pijpen 3" en 4".
5.a Voor het type 3". Bij het buigen van 2 1/2 " en 3" pijpen moet een verlengstuk op de plunjer
worden gezet, nadat eerst de buis voor een deel is gebogen, waarna men de plunjer even laat
15