een regelmatig en grondig onderhoud, in het bij-
zonder van de vetfilter en van de koolstoffilter.
3.2
Vetfilters houden vetdeeltjes die in de lucht
circuleren vast, en raken daarom oververzadigd
op onregelmatige tijden afhankelijk van het gebruik
van het apparaat.
In ieder geval moeten vetfilters hoogstens om de 2
maanden gereinigd worden door de volgende han-
delingen uit te voeren:
-
Filters uit de afzuigkap halen en gron-
dig reinigen in een sop van water en neutraal
afwasmiddel, op deze wijze het vuil verwijderend.
-
Grondig met lauw water afspoelen
en laten drogen.
-
De filters mogen ook in de vaatwas-
machine gereinigd worden.
Na verschillende reinigingen van de aluminium pla-
ten kunnen kleurveranderingen plaatsvinden. Dit
geeft echter niet het recht op de vervanging van
de platen.
3.3
De koolstoffilters zuiveren de lucht die weer
in de ruimte afgevoerd wordt. Deze filters mogen
niet gereinigd of gerecycleerd worden en moeten
maximum om de vier maanden vervangen worden.
De koolstofverzadiging hangt af van een al dan
niet intensief gebruik van de afzuigkap, van het
type keuken en van de regelmaat waarmee de vet-
filters gereinigd worden.
3.4 Regelmatig de ventilator en de andere opper-
vlakten schoonmaken met een doek gedrenkt in
alcohol of in neutrale krasvrije afwasmiddelen.
3.5
Indien het apparaat voorzien is van
elektronische bedieningsknoppen (fig. 5) zijn
de symbolen hieronder weergegeven:
A =
knop LICHT
B =
knop UIT
C =
knop EERSTE SNELHEID
D =
knop TWEEDE SNELHEID
E =
knop DERDE SNELHEID
F =
knop
TIMER
ONDERBREKING na 15 minuten
De knop "timer/automatische onderbreking" zorgt
ervoor dat de afzuigkap niet meteen stopt, deze
zal voor 15 minuten blijven functioneren, op de-
zelfde snelheidsstand waarop de kap ingesteld
stond.
4. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
4.1 Opletten indien tegelijk een afzuigkap en een
brander of haard functioneren die afhankelijk zijn
van de omgevingslucht en gevoed worden door
een andere energiebron dan de elektrische ener-
TW13
AUTOMATISCHE
gie, daar de afzuigkap tijdens de werking de lucht
die de brander of haard nodig heeft voor de ver-
branding aan de omgeving onttrekt.
De negatieve druk in de omgeving mag niet boven
–5
de 4 Pa (4 x 10
bar) liggen.
Voor een veilige werking zorgen voor een goede
ventilatie van de ruimte.
Voor de afvoer naar buiten moet u zich houden
aan de geldende voorschriften die van toepassing
zijn in uw land.
4.2 OPGELET
Onder bepaalde omstandigheden kunnen
huishoudelijke apparaten gevaarlijk zijn.
A) Probeer de filters niet te controleren als
de afzuigkap in werking is
B) Raak de lampen niet aan als u het appa-
raat lange tijd achtereen gebruikt heeft.
C) Het is verboden om onder de afzuigkap
gerechten rechtstreeks op de branders
te bereiden.
D) Laat de branders niet open en bloot bran-
den omdat dit schadelijk is voor de fil-
ters en gevaarlijk is met het oog op
brand.
E) Tijdens het frituren constant opletten om
te
voorkomen
oververhitting vlam zou vatten
F) Alvorens onderhoudswerkzaamheden
aan het apparaat te verrichten, de stroom
uitschakelen.
DE FABRIKANT IS NIET AANSPRAKELIJK VOOR
SCHADE DIE VOORTVLOEIT UIT HET NIET IN
ACHT NEMEN VAN DE BOVENSTAANDE VOOR-
SCHRIFTEN.
dat
de
olie
door
15