Zum Verbraucher:
Die Phase (L), schwarze bzw. braune Leitung, schließen Sie an Klemme "L`" an.
Den Neutralleiter (N), blaue Leitung, schließen Sie an Gemeinschaftsklemme "N" an.
Ist der Verbraucher in Schutzklasse I aufgebaut, muss der Schutzleiter
(gelb/grün) in jeden Fall angeschlossen werden. Beachten Sie hierzu
die entsprechende Anleitung der Leuchte, oder wenden Sie sich an
eine Fachkraft.
Den Schutzleiter (PE), gelb/grüne Leitung, müssen Sie an die optiona-
le Klemme anschließen.
Nach erfolgtem Anschluss überprüfen Sie diesen noch einmal auf Richtigkeit.
- Verbinden Sie den Verbindungsstecker (5) des Bewegungsmelders mit dem Ver-
bindungssockel (8) der Montageplatte. Achten Sie auf festen Sitz und sicheren
Kontakt; der Stecker passt nur seitenrichtig auf den Verbindungssockel.
- Setzen Sie den PIR Bewegungsmelder seitenrichtig auf die Montageplatte und
schließen Sie jetzt das Gehäuse. Achten Sie darauf, dass keine Leitungen
gequetscht werden. Drehen Sie nun die Gehäuseschraube (4) wieder in das
Gehäuse.
- Schalten Sie jetzt den Strom (Sicherung hineindrehen) wieder ein und versorgen
Sie jetzt den PIR-Bewegungsmelder über den angeschlossenen Schalter mit
Strom.
- Der Sensor benötigt nun eine Aufwärmphase von ca. 30 Sekunden. Während die-
ser Zeit schaltet sich die angeschlossene Beleuchtung kurz ein und erlischt nach
kurzer Zeit wieder. Warten Sie noch ca. eine Minute, bis die Aufwärmphase des
PIR-Bewegungsmelders abgeschlossen ist.
10
• Kies een geschikte plaats voor de montage voor de PIR-bewegingsdetector. Let
hierbij op het werkingsbereik.
De reikwijdte van het systeem is onder optimale omstandigheden ongeveer 12 m.
Bevestiging moet plaatsvinden op stabiele oppervlakken, zoals op stenen
muren.
• Open de behuizing door de behuizingsschroef (4) uit te draaien.
• Gebruik de boorgaten in de bevestigingsplaat (11) of de hoeksokkel als boorsja-
bloon. Teken de boorgaten voor de bevestiging af.
Let op de richting van de pijl aan de achterkant (UP=boven)
Aanbevolen bevestigingshoogte: 1,8 tot 2 meter. Dit is echter afhankelijk van het
te bewaken bereik.
• Haal de bevestigingsplaat weer weg en boor de bevestigingsgaten. Gebruik hier-
voor een boor met een doorsnede van 6 mm.
Controleer of zich op de gekozen boorpunten geen elektriciteits-, water- of
andere leidingen bevinden.
• Trek de aansluitleidingen voor de PIR-bewegingsdetector en de verlichting door
de rubberhuls van de leidinginvoeren (10).
Let op: bij hoekmontage dient u de hoeksokkel vast te schroeven, waarna u de
bevestigingsplaat op de hoeksokkel monteert.
De aansluitleidingen moeten in dezelfde volgorde door de leidinginvoeren wor-
den gehaald.
• Schroef de behuizing vast met de meegeleverde schroeven.
Gebruik de meegeleverde kunststof pluggen.
Gebruik een schroevendraaier van de juiste grootte.
Aansluiting PIR-bewegingsdetector
Elektrische aansluitingen mogen uitsluitend worden aangelegd
door een deskundige (elektricien) die bekend is met de hieraan
verbonden risico's en de geldende voorschriften.
Zorg dat de aan te sluiten apparaten tijdens het aansluiten niet op
het lichtnet zijn aangesloten.
Let er bij het aansluiten van de verlichting op dat het maximale
totale vermogen van 1000 W (gloeilampen) of 500 W (TL-lampen)
niet wordt overschreden.
39