i
Belangrijke aanwijzingen voor de instellingen
Instellingen We onderscheiden twee situaties waarin u instellingen invoert:
Inbedrijfstelling Ga a.u.b. als volgt te werk:
10
◆ Inbedrijfstelling/eerste installatie van een
FernoTron systeem
◆ Wijzigingen achteraf/instellingen aan een
bestaand FernoTron systeem.
Voorbereidingen:
1
Vul de toewijzing van de ontvangers (incl. naam en nummer) en de gewenste
instellingen in de tabel op pagina 14 in.
OPMERKING
Inbedrijfstellingsassistent oproepen en uitvoeren (zie pagina 17)
2
Menugeleide basisinstelling met standaardschakeltijden incl. toewijzing van
de groepen en ontvangers volgens naam en nummer.
OPMERKING
Andere instellingen voor een individuele aanpassing
3
◆ Weekprogramma instellen
◆ Zonnemodule activeren en instellen, enz.
Aanmelden van de programmeercentrale en datatransmissie
4
◆ Om uw instellingen of manuele schakelcommando's in werking te
laten treden moet u de programmeercentrale aan elke FernoTron
ontvanger eenmalig aanmelden (zie pagina 40). Daarbij worden
ook de toewijzing en alle instellingen (incl. tijd, enz.) naar elke
afzonderlijke ontvanger overgedragen.
De tabel met defaultnamen vindt u pagina 13.
Hierbij leert u hoe u te werk gaat bij het instellen.
NL