Lincoln Electric WELDLINE GOLDENARK LS Instructions page 13

N° 8695-1261 - Rev3_07/2019
GOLDENARK LS
GOLDENARK LS
Instructies voor veiligheid,
gebruik en onderhoud
VOORZORGEN VOOR DE VEILIGHEID
Bescherm uzelf en anderen tegen verwondingen. Lees deze voorzorgen voor de veiligheid en gebruiksinstructies aandachtig,
voer ze uit en bewaar ze voor later.
Alleen gekwalifi ceerd personeel mag deze unit installeren, bedienen, onderhouden en repareren.
BOOGSTRALEN kunnen de ogen en de huid verbranden.
Boogstralen opgewekt tijdens het lasproces produceren intense, zichtbare en onzichtbare (ultraviolet- en
infrarood-) stralen die de ogen en de huid kunnen verbranden. De laswerken zorgen voor rondvliegende
vonken.
• Draag een lashelm die is uitgerust met een correcte fi ltergraad om uw gezicht en uw ogen te beschermen
wanneer u last of toekijkt (zie ANSI Z49.1 en Z87.1 opgesomd in de veiligheidsnormen). Raadpleeg onderstaande diagrammen
voor de fi ltergraad en de gevoeligheid.
• Draag een goedgekeurde veiligheidsbril met beschermingen aan de zijkant onder uw helm.
• Gebruik beschermende schermen of barrières om anderen tegen fl itsen of verblinding te beschermen; waarschuw anderen
om niet naar de boog te kijken.
• Draag beschermende kledij gemaakt van duurzaam, vuurbestendig materiaal (leer en wol) en bescherming voor de voeten.
• Voordat u gaat lassen, moet u de instelling van de gevoeligheid van de automatisch verduisterende lens aanpassen zodat
die aan die voorziene toepassing beantwoordt.
• Stop onmiddellijk met lassen als de automatisch verduisterende lens niet donker wordt wanneer de boog wordt geraakt.
LASHELMEN bieden geen onbeperkte bescherming voor de ogen, de oren en het gezicht.
• Draag altijd een schokbestendige veiligheidsbril en oorbescherming wanneer u deze helm gebruikt.
• De helm niet gebruiken terwijl u slijpbewerkingen uitvoert, ofwel met of in de buurt van explosieve of
bijtende vloeistoffen werkt.
• Niet lassen boven uw hoofd wanneer u deze helm draagt.
• De automatische lens moet frequent geïnspecteerd worden. Afdeklenzen of automatische lenzen moeten onmiddellijk
worden vervangen als ze krassen, barsten of putjes vertonen.
GELUID kan het gehoor beschadigen.
Geluid ontstaan tijdens bepaalde processen of veroorzaakt door uitrustingen kan het gehoor beschadigen.
• Draag goedgekeurde gehoorbescherming als het geluidsniveau te hoog is.
ROOK EN GASSEN kunnen gevaarlijk zijn.
Bij het lassen komen rook en gassen vrij. Deze rook en gassen inademen kan gevaarlijk voor uw gezondheid
zijn.
• Hou uw hoofd uit de rook. Adem de rookgassen niet in.
• Indien u binnen werkt, moet u de lucht ventileren en/of lokaal geforceerde ventilatie op de boog gebruiken om
lasdampen en -gassen te verwijderen. De aanbevolen manier om een geschikte ventilatie te verzekeren, is om een monster
te nemen om de samenstelling en de kwaliteit van de dampen en gassen te analyseren waaraan het personeel wordt
blootgesteld.
• Indien er weinig ventilatie is, moet u een goedgekeurd ademhalingstoestel met luchttoevoer dragen.
Werk alleen in een afgebakende ruimte als die goed geventileerd is, of als u een ademhalingstoestel met luchttoevoer draagt.
Zorg altijd dat een getrainde toezichter in de buurt is. Lasdampen en -gassen kunnen de lucht verdrijven en het zuurstofgehalte
doen dalen, wat letsels of de dood kan veroorzaken. Zorg ervoor dat de ingeademde lucht veilig is.
• Niet lassen in de buurt van plaatsen waar wordt ontvet, gereinigd of spuitbewerkingen worden uitgevoerd. De hitte en de
stralen van de boog kunnen reageren met de dampen en zo zeer giftige, irriterende gassen vormen.
• Niet lassen op gecoate metalen zoals gegalvaniseerd staal, of plaatstaal met lood of cadmium, tenzij de coating van de
laszone werd verwijderd, de ruimte goed geventileerd is en u een ademhalingstoestel met luchttoevoer draagt. Coatings en
metalen die deze elementen bevatten, kunnen giftige dampen vrijgeven als ze gelast worden.
Las- of snijwerktuigen produceren dampen of gassen die chemische stoffen bevatten die aangeboren afwijkingen en
in sommige gevallen kanker kunnen veroorzaken volgens studies in de staat California. (California Health & Safety
Code Sectie 25249.5 en volgende).
Dit product bevat chemische stoffen, met inbegrip van lood, die kanker, aangeboren afwijkingen of schade voor de
reproductie kunnen veroorzaken. Was uw handen na gebruik.
WERKINSTRUCTIES
Knop Auto aan/uit
De automatische verduisterende lens wordt automatisch ingeschakeld (verduisterd) wanneer het lassen begint en schakelt
uit wanneer het lassen stopt.
Druk op de knop Auto aan/uit om te controleren of de lens correct werkt en om te beginnen met de instellingen Modus en Info.
Wanneer u op de knop Auto aan/uit drukt, wordt het LCD-bedieningspaneel ingeschakeld. Druk op de knop Auto aan/uit en
houd die ingedrukt om het LCD-bedieningspaneel uit te zetten. De lens is aan en zal correct werken.
Na 4 minuten inactiviteit gaat het LCD-bedieningspaneel automatisch uit om stroom te besparen. Druk op een willekeurige
knop om het LCD-bedieningspaneel opnieuw aan te zetten.
DISTRIBUTED BY LINCOLN ELECTRIC EUROPE S.L.
c/o Balmes, 89 - 8o 2a - 08008 Barcelona - SPAIN
Manufactured by OTOSWING CO ., LTD., 234-12 Kasan-Dong Kuemchun-Ku Seoul Korea
Bediening variabele fi ltergraad
Druk op de knop Modus Bediening om de gewenste functie te selecteren: Lassen, Snijden of X-Modus. Gebruik de
instellingsknippen LICHT en DONKER om de gewenste fi ltergraad te selecteren. De graadranges voor elke modus zijn: Lassen:
8-13 / Snijden: 5-9 / Slijpen: alleen 3 / X-Modus: 8-13
Gebruik onderstaand verduisteringsdiagram om de juiste instelling van de fi ltergraad te selecteren op basis van uw lasproces.
Wij raden aan om te starten op een fi ltergraad 12 of 13 en naar een lichtere graad aan te passen, op basis van de lastoepassing
en uw persoonlijke voorkeur.
Toepassing Lasboogstroom in Ampère
Staafelektroden
MIG/MAG Minder dan 100
Booglassen met Wolfram en gas
(TIG)
Koolelektrode en lucht Minder dan 500
Plasmaboogsnijden
Plasmalassen
Instelling van de gevoeligheid
De instelling van de gevoeligheid wordt gebruikt om de lens reactiever te maken op verschillende hoge niveaus die
in de diverse lasprocessen worden ervaren. Wij raden een Mig-graadinstelling voor de meeste toepassingen aan. De
gevoeligheidsranges voor elke modus zijn:
Lassen, Snijden, X-Modus: 0-10
Slijpen: geen aanpassing van de gevoeligheid
Niet lassen in de slijpmodus: de lens zal niet donker worden.
De aanpassing van de gevoeligheid van de helm in lichtcondities wordt gebruikt bij:
1. Gebruik de knoppen gevoeligheid OMHOOG en OMLAAG om de gevoeligheid op de laagste graad in te stellen.
2. Draai de helm in de richting van het gebruik om die aan de lichtcondities van de omgeving bloot te stellen.
3. Druk op de knop gevoeligheid OMHOOG tot de lens donker wordt, en druk dan op de knop OMLAAG tot de lens helder
wordt. Een andere methode is om de knop OMLAAG ingedrukt te houden tot de lens helder wordt.
De helm is klaar voor gebruik. Voor bepaalde applicaties of als de lens aan en uit knippert, kunnen lichte nieuwe aanpassingen
nodig zijn. Verminder de instelling van de gevoeligheid als de lens langer dan de vertragingsinstelling donker blijft.
Aanbevolen gevoeligheidsinstellingen
Staafelektrode
Kortsluiting (MIG)
Met impulsen & spuit (MIG)
Boog met Wolfram en gas (TIG)
Plasmaboogsnijden/-lassen
Bediening vertraging van de lens
De vertraging van de lens wordt gebruikt om de schakeltijd van de lens te vertragen op de status na het lassen te wissen.
De vertraging is bijzonder nuttig om heldere nastralen te elimineren die zich voordoen bij applicaties met hoge stroomsterkte,
waar het gesmolten lasijzer na het lassen tijdelijk helder blijft.
Gebruik de bediening voor vertraging van de lens om deze vertraging van 0 tot 10 aan te passen (0,1 tot 1,0 seconde). De
vertragingsranges voor elke modus zijn:
Lassen, Snijden, X-Modus: 0-10
Slijpen: geen aanpassing van de vertraging
Gebruik de instellingsknippen SNEL en TRAAG om de gewenste vertraging te selecteren. Begin te lassen of ga verder met
andere lensinstellingen.
Beschermingsgraad Nr.
Minder dan 40 9
40 - 80 10
80 - 175 11
175 - 300 12
300 - 500 13
10
100 - 175 11
175 - 300 12
300 - 500 13
Minder dan 50 10
50 - 100 11
100 - 200 12
200 - 400 13
12
500 - 700 13
60 - 150 11
150 - 250 12
250 - 400 13
Minder dan 50 9
50 - 200 10
200 - 400 12
Middenrange
Lage-/Middenrange
Middenrange
Midden-/hogerange
Lage-/Middenrange
www.weldline.eu
NL