Lees aandachtig de onderstaande veiligheidsvoor-
NL
schriften, alvorens het toestel in gebruik te ne men.
B
Mocht u bijkomende informatie over de bediening
van het toestel nodig hebben, lees dan de En gelse
tekst van deze hand lei ding.
1 Veiligheidsvoorschriften
De eindversterker is in overeenstemming met de
richtlijn voor motorvoertuigen. Het keuringsnum-
mer is op het apparaat vermeld.
WAARSCHUWING De aansluiting van de eindver-
staan. Maak daarom voor de aansluiting van de
versterker de negatieve klem van de autobatterij
in ieder geval los.
De eindversterker moet vast en deskundig op een
mechanisch stabiele plaats in de auto gemon-
teerd worden, zodat hij niet kan loskomen en op
die manier een ge vaarlijk projectiel gaat vormen.
Tijdens het gebruik kan de eindversterker zeer
warm worden. Plaats daarom geen warmtegevoe-
lige voorwerpen in de buurt, en raak de eindver-
sterker tijdens het gebruik niet aan.
G
Gebruik voor de reiniging uitsluitend een droge,
zachte doek. Gebruik in geen geval chemicaliën
of water.
G
In geval van ongeoorloofd of verkeerd ge bruik,
verkeerde aansluiting, foutieve bediening of van
herstelling door een niet-gekwalificeerd persoon
vervalt de garantie en de verantwoordelijkheid
voor hieruit resulterende materiële of lichame-
lijke schade.
Wanneer het apparaat definitief uit bedrijf
wordt genomen, bezorg het dan voor
milieuvriendelijke verwerking aan een
plaatselijk recyclagebedrijf.
2 Opgelet bij hoge geluidsvolumes
WAARSCHUWING Stel het volume nooit te hoog in.
niet meer zo hoog lijken. Draai het volume daarom
niet verder open, zelfs nadat u eraan gewend
bent.
Zorg ervoor dat het geluidsvolume van de hifi-
installatie in de auto niet te hoog staat, waardoor
28
sterker van de auto-installatie op
de autobatterij dient zorgvuldig
te gebeuren. Bij kortsluiting kun-
nen gevaarlijk hoge stromen ont-
Uitzonderlijk hoge volumes kun-
nen het gehoor beschadigen.
Het gehoor raakt aangepast aan
hoge volumes die na een tijdje
geluidssignalen, bijvoorbeeld die van een ambu-
lance, niet meer hoorbaar zouden zijn.
Bij uitgeschakelde motor kan het audiosysteem
niet lang met een hoog geluidsvolume gebruikt
worden. De autobatterij raakt snel leeg en de kans
bestaat dat er te weinig energie is om de auto te
starten.
3 Montage
Hou bij de keuze van de montageplaats in elk geval
rekening met de volgende punten:
G
De voedingsspanningskabel (12 V) van de batte-
rij naar de eindversterker van de auto-installatie
moet zo kort mogelijk zijn. Het is voordeliger om
langere luidsprekerkabels te gebruiken en een
kortere voedingsspanningskabel.
G
Zorg er ook voor dat de massakabel van de eind-
versterker naar het koetswerk zo kort mogelijk is.
G
Zorg voor voldoende ventilatie om de hitte die in
de eindversterker ontstaat, af te voeren.
G
Door de krachten die tijdens het remmen optre-
den, moet de eindversterker op een mechanisch
stabiele plaats vastge schroefd worden.
Schroef de uitgangsversterker via de vier boringen
van het koellichaam vast op een geschikte plaats.
4 Aansluitingen
G
De eindversterker mag uitsluitend door ge kwali-
ficeerd personeel op het elektrische circuit van
de auto aangesloten worden.
G
Om schade door eventuele kortsluiting tijdens de
installatie te vermijden, koppelt u best de nega-
tieve klem los van de autobatterij, alvorens de
aansluiting uit te voeren.
G
Breng de nodige kabels zo aan, dat de isolatie
ervan niet beschadigd kan worden.
De volledige aansluiting vindt u terug in figuur 3 op
pagina 3.