Gemorste benzine levert niet alleen een brandgevaar op, maar veroorzaakt ook
milieuverontreiniging. Veeg gemorste benzine direct weg.
Brandstof kan schade toebrengen aan de lak en sommige soorten
kunststof. Wees voorzichtig en mors geen brandstof terwijl u de
brandstoftank bijvult. Schade veroorzaakt door morsen van brandstof wordt niet gedekt
door de dealergarantie.
AANBEVOLEN OLIE
Gebruik loodvrije benzine met een pompoctaangehalte van 86 of hoger.
Deze motor is alleen vrijgegeven voor gebruik met loodvrije benzine. Bij gebruik met loodvrije
benzine blijft er minder aanslag achter in de motor en op de bougie en gaat het uitlaatsysteem
langer mee.
Gebruik nooit verouderde of vervuilde benzine of een mengsel van olie en benzine. Zorg dat er
geen vuil of water in de brandstoftank terecht komt.
Soms kunt u een licht ''detoneren'' of ''pingelen'' (een metalig kloppend geluid) horen terwijl de
motor onder zware belasting draait. Dit is geen reden tot zorg.
Als detoneren of pingelen optreedt bij stabiele motortoerentallen, onder normale belasting,
gebruik dan een ander merk benzine. Als het detoneren of pingelen aanhoudt, neem dan
contact op met een erkende onderhoudsdealer.
Als de motor draait terwijl deze aanhoudend pingelt of detoneert, kan er motorschade
ontstaan.
Het laten draaien van de motor terwijl deze aanhoudend pingelt of detoneert wordt
beschouwd als misbruik; de dealergarantie (Distributor's Limited Warranty) dekt geen
onderdelen die beschadigd zijn door misbruik.
CONTROLE OLIENIVEAU
Controleer het motorolieniveau terwijl de motor uit is en horizontaal staat.
1. Verwijder de olievuldop/peilstok en veeg deze schoon.
ONDERHOUDEN
-13-