U selecteert de draairichting achteruit door de
vooruit/achteruit-regelknop aan de linkerzijde van
het gereedschap in te drukken.
De middelste stand van de regelknop vergrendelt
het gereedschap in de uit-stand.
OPMERKING: Houd de knop in de middelste
vergrendelde stand wanneer u het gereedschap
niet gebruikt of als u het vervoert.
Wanneer u de stand van de regelknop wijzigt, is het
belangrijk dat u de kantelschakelaar niet indrukt.
OPMERKING: Wanneer u het gereedschap
de eerste keer gebruikt na het wijzigen van de
draairichting, zult u bij het starten misschien een klik
horen. Dit is normaal en wijst niet op een probleem.
Dubbele versnelling (afb. 1)
Met de dubbele versnelling van uw boormachine
kunt een andere versnelling kiezen en dat levert
meer toepassingsmogelijkheden op.
1. Zet het gereedschap uit en laat het tot stilstand
komen als u snelheid 1 (een hoog koppel) wilt
kiezen. Schuif de versnellingswissel (c) naar
voren (naar de boorkop toe).
2. Zet het gereedschap uit en laat het tot stilstand
komen als u snelheid 2 (een laag koppel)
wilt kiezen. Schuif de versnellingswissel naar
achteren (weg van de boorkop).
OPMERKING: Wissel geen versnellingen wanneer
het gereedschap draait. Laat de boor altijd tot
stilstand komen voordat u de versnelling wisselt.
Als het wisselen van versnelling niet gemakkelijk
verloopt, is het belangrijk dat u controleert dat de
versnellingswissel geheel naar voren of geheel naar
achteren is geduwd.
Werklicht (afb. 1)
Er bevindt zich een werklicht (e) boven de
kantelschakelaar (a). Het werklicht wordt geactiveerd
wanneer u de Aan/Uit-schakelaar indrukt en gaat
automatisch uit 20 seconden nadat u de schakelaar
hebt losgelaten. Als u de Aan/Uit-schakelaar
ingedrukt houdt, blijft het werklicht aan.
OPMERKING: De werklichten zijn bedoeld voor
het verlichten van het directe werkoppervlak en zijn
niet bedoeld om te worden gebruikt zoals u een
zaklantaarn gebruikt.
Sleutelloze boorkop (afb. 1)
WAARSCHUWING: Probeer niet
boortjes (of een ander accessoire) vast
te zetten door het voorste gedeelte
van de boorkop vast te grijpen en het
gereedschap in te schakelen. Dit kan
leiden tot beschadiging van de boorkop
en tot persoonlijk letsel. Vergrendel
altijd de kantelschakelaar wanneer u
accessoires wisselt.
WAARSCHUWING: Controleer altijd
dat het bitje goed vastzit voordat u
het gereedschap start. Een los bitje
kan uit het gereedschap schieten en
dat zou dan persoonlijk letsel kunnen
veroorzaken.
De sleutelloze boorkop 3/8" maakt dat u het
gereedschap gemakkelijker kunt bedienen. Ga
stapsgewijs te werk zoals hieronder wordt vermeld
als u een boortje of een ander accessoire wilt
inzetten.
1. Vergrendel de kantelschakelaar in de uit-stand
zoals wordt beschreven in Vooruit/Achteruit-
regelknop.
2. Pak de boorkop (k) vast met één hand en draai
naar links. Draai de boorkop zo ver open dat u
het accessoire van uw keuze kunt inzetten.
3. Zet het boortje of een andere accessoire
ongeveer 19 mm in de boorkop en zet het
stevig vast door de boorkop vast te houden en
naar rechts te draaien.
U kunt het accessoire losmaken door stap 2 die
hierboven wordt vermeld, te herhalen.
DIEP INBUSVAK (AFB. 1)
Uw gereedschap is voorzien van een diep inbusvak
(d) dat in en achter de boorkop (k) doorloopt.
Hierdoor kunt u een 1/4" inbusbitje van 51 mm
of langer verder in de machine schuiven voor
toepassingen waarbij weinig ruimte is. Zet met de
bek van de boorkop geheel geopend (zoals wordt
beschreven in Sleutelloze boorkop) een 1/4"
inbusbitje geheel in de boorkop en er doorheen.
U kunt de boorkop dan vastzetten zoals wordt
vermeld bij Sleutelloze boorkop.
Riemhaak en bithouder (afb. 1)
WAARSCHUWING: Beperk het
gevaar op ernstig persoonlijk
letsel tot een minimum: zet het
gereedschap uit en neem de accu
uit, voordat u een aanpassing
uitvoert of hulpstukken of
accessoires verwijdert/installeert.
WAARSCHUWING: Beperk het risico
van ernstig persoonlijk letsel, hang
het gereedschap NIET boven uw
hoofd op en hang geen voorwerpen aan
de riemhaak. Hang de riemhaak van het
gereedschap UITSLUITEND aan een
gereedschapsgordel.
NEDERLANDS
93