TIP
► Waarschuw de expediteur, de verzekering en de leverancier bij een onvolledige levering
of bij beschadiging als gevolg van gebrekkige verpakking of als gevolg van het transport.
53.3 Uitpakken
Ga bij het uitpakken van het apparaat als volgt te werk:
• Neem het apparaat uit de kartonnen doos en verwijder het verpakkingsmateriaal aan de
binnen- en buitenkant
• De koelkast moet rechtop getransporteerd worden.
• Reinig de binnenkant met handwarm water en een zachte doek.
• Sluit het apparaat pas na min. 24 uur wachttijd op het stroomnet aan en schakel het
apparaat in. Leg pas daarna de wijnflessen of andere dranken in de Barbecue Cooler .
TIP
► Verwijder de beschermfolie pas kort voordat het apparaat op de werkplek wordt
neergezet, om zo krassen en vervuiling te voorkomen.
53.4 Verwijderen van de verpakking
De verpakking beschermt het apparaat tegen transportschade. De verpakkingsmaterialen
zijn uitgezocht vanuit milieuvriendelijke en verwijderingtechnische gezichtspunten en daarom
recyclebaar. Het terugbrengen van de verpakking in de materiaalkringloop bespaart
grondstoffen en verkleint de afvalhoop. Lever niet meer benodigd verpakkingsmateriaal in bij
een afvalbrengstation, dat zorgdraagt voor de recycling.
TIP
► Bewaar indien mogelijk het originele verpakkingsmateriaal gedurende de
garantieperiode, zodat u het apparaat indien nodig weer volgens de voorschriften kunt
inpakken.
53.5 Plaatsen
53.5.1
Eisen aan de plek van plaatsing
Voor een veilig en foutloos functioneren van het apparaat moet de plek waar het apparaat
komt te staan aan de volgende eisen voldoen:
• Het apparaat moet op een vaste, vlakke, horizontale (waterpas) ondergrond met
voldoende draagkracht voor de apparaat.
• Het apparaat is alleen bedoeld voor de beschermde buitenruimte. Plaats het niet in een
natte of zeer vochtige omgeving. Het apparaat is beschermd tegen waterspetters uit alle
richtingen. Bescherm het apparaat tegen weersinvloeden en vorst.
• Het apparaat is niet geschikt voor inbouw in een wand of in een inbouwkast.
• Plaatst u het apparaat niet in een hete, natte of zeer vochtige omgeving of in de buurt van
brandbare materialen.
• Omgevingstemperatuur beneden 16 ° C en boven 38 ° C kan leiden tot functionele
beperkingen.
85